Verslag over de uitvoering BBZ 2004
1. Inleiding.
2. Onderzoek
Verslag over de uitvoering Bbz 2004
Algemeen.
Zelfstandigen vormen binnen de bijstandsverlening een aparte categorie waarvoor veelal afwijkende
regels gelden. De bepalingen ten aanzien van zelfstandigen zijn grotendeels opgenomen in het
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004).
Het Bbz 2004 maakt een onderscheid tussen de volgende groepen:
1De gevestigde zelfstandige met tijdelijke financiële problemen
2. De personen die als zelfstandige willen gaan starten
3. De oudere zelfstandigen met een ontoereikend inkomen
4. De zelfstandigen die op korte termijn zijn bedrijf wil beëindigen
5. De zelfstandige die een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering
zelfstandigen heeft aangevraagd.
Naast het verstrekken van een uitkering voor levensonderhoud kent de regeling ook de mogelijkheid
tot het verstrekken van een rentedragend krediet.
Burgemeester en wethouders zijn ingevolge artikel 7 van de Regeling financiering en verantwoording
IOAW, IOAZ en Bbz 2004 verplicht om jaarlijks een verslag over de uitvoering van de wet in te dienen
bij de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Voor de wijze waarop dit verslag moet zijn ingericht heeft de minister nadere voorschriften gegeven.
2.1 Opzet onderzoek.
Voor het onderzoek naar de wijze van uitvoering van het Bbz 2004 is de afdoening onderzocht van:
6 aanvragen,
13 debiteuren vaststelling terugvordering, incassoactiviteiten en buiten invordering stelling
De bevindingen naar aanleiding van de dossiercontroies met betrekking tot de uitvoering van het Bbz
2004 zijn vastgelegd op controleformulieren. Daarbij is melding gemaakt van alle geconstateerde
tekortkomingen.
Voor de verantwoording wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen "gewogen" tekortkomingen en
"ongewogen" tekortkomingen.
Bij de "gewogen" tekortkomingen gaat het zowel om financiële fouten als om financiële
onzekerheden.
Financiële fouten zijn tekortkomingen waarbij met zekerheid kan worden gesteld dat er sprake is van
een onrechtmatige verstrekking of terugvordering.
Bij financiële onzekerheden gaat het om tekortkomingen waarbij niet met zekerheid kan worden
vastgesteld dat de uitkering rechtmatig is verstrekt. Bij overschrijding van de hiervoor geldende
foutentolerantie van 15% worden deze tekortkomingen met toepassing van art 9 lid 2 van de Regeling
financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004 financieel vertaald.
Bij "ongewogen" tekortkomingen handelt het om tekortkomingen die niet of slechts marginaal van
invloed zijn op het recht op, de hoogte of de vorm van de bijstand of waarvan de onzekerheid kan
worden weggenomen. Het handelt hierbij om interne aandachtspunten welke verder niet van invloed
zijn voor de berekening van het financieel beslag van de tekortkomingen.
2.2 Tabel rechtmatigheid uitvoering Bbz 2004
2