1. Inleiding en leeswijzer Sport heeft grote maatschappelijke betekenis. In de Nota Kaderstelling Sportbeleid gemeente Leeuwarden (vastgesteld door de raad op 17 novem ber 2003) wordt deze betekenis als volgt omschreven: "Sport is voor velen en aangename tijdsbestedinghet is leuk om te doen en draagt bij aan de geestelijke en fysieke gezondheid. Het is tevens een belangrijk instrument om bewegingsarmoede tegen te gaan. Bovendien is sport fundamenteel voor de sociale samenhang in de ge meente. Het bevordert maatschappenjke integratie, voorkomt sociaal isolement en levert een bijdrage aan de sociale en mentale vorming van mensen. Sport speelt ook een belangrijke rol in het overbrengen van normen en waarden en kan een bijdrage leveren aan een oplossing van maatschappelijke, lokale problemenVeel meer nog dan bij andere maat schappelijke activiteiten gaat het bij sport om samen organiserensa men werken en samen doen. Vele vrijwilligers zetten zich daarbij in voor anderen. Sport zorgt daarmee voor sociale binding dwars door alle lagen van de bevolking heen. Sport is ook een belangrijk onderdeel van de maatschappenjke infra structuur. Mogelijkheden voor zowel actieve sportbeoefening als pas sieve sportbeleving dragen bij aan een levendige stad". Samenvattend: sport is het cement van de samenleving. Gemeenten stimu leren daarom sportdeelname en sportief bewegen door hun inwoners. Dit doen zij onder meer door sportaccommodaties aan te bieden en private aanbieders van accommodaties en activiteiten te faciliteren. Traditioneel draagt de lokale overheid zorg voor aanleg of bouw van sportaccommodaties in de vorm van sportvelden, sporthallen en zwemba den. Het gaat dan vooral om de zgn. 'basisaccommodaties' die primair bestemd zijn voor de eigen inwoners en onderdeel vormen van een to taalpakket aan sociaal-maatschappelijke voorzieningen. Centrumgemeen ten nemen voorts veelal verantwoordelijkheid voor de bouw en exploita tie (bi j dragen ten behoeve) van sportvoorzieningen met een regionaal bereik. In bijlage 1 bij deze notitie wordt het historisch perspectief geschetst van het aanbod aan sportaccommodaties en de rol van gemeen ten daarbij Naast het beoefenen van de min of meer traditionele takken van sport hebben de laatste decennia nieuwe sporten hun intrede gedaan en andere vormen van sportief bewegen een belangrijke plaats verworven. Dit on der meer door het via privaat initiatief geschapen aanbod aan activi teiten en gerealiseerde accommodaties, zoals sportscholen en fitness centra. Ook is sprake van een toenemend gebruik van de openbare ruimte voor diverse vormen van sportief bewegen. De trends en ontwikkelingen in het sportgedrag en hun invloed op de vraag naar accommodaties zijn nader beschreven in bijlage 2. Onder invloed van diverse maatschappelijke ontwikkelingen verandert de vraag naar mogelijkheden om te kunnen sporten of bewegen. Er is steeds meer behoefte aan flexibele vormen van sportbeoefening, aan minder traditionele accommodaties of aan een ander gebruik van bestaande ac commodaties Solitaire sportaccommodaties verdwijnen, gecombineerde voorzieningen en multifunctionele centra komen daarvoor in de plaats. Commerciële aanbieders versterken hun positie op de markt en passen hun aanbod voortdurend aan bij de vraag; steeds vaker zoeken private aanbieders samenwerking met gemeenten (en omgekeerd) om wederzijds voordeel te bewerkstelligen. Beleidsnotitie sportaccommodaties 2 Gemeente Leeuwarden mei 2005 Tegelijkertijd spelen voor de gemeenten thema's als (meer) vraagstu- ring, sterkere klantoriëntatie, meer bedrijfseconomisch -opereren, pri vatisering en versterking van het maatschappelijke rendement. Tegen de achtergrond van deze thema's en veelal in relatie tot takendiscussies is bij meerdere grotere gemeenten gekozen voor een (intern of extern) verzelfstandigd sportbedrijf of wordt overwogen daartoe over te gaan. Deze sportbedrijven verzorgen op afstand van bestuur en politiek op basis van bedrijfseconomische principes en een gesloten overeenkomst het beheer en de exploitatie van de (ook bij externe verzelfstandiging veelal bij de gemeente in eigendom blijvende) sportaccommodaties. In de gemeente Leeuwarden is in 1998 gekozen voor externe verzelfstandi ging: dagelijks beheer en exploitatie van de bij de gemeente in eigen dom zijnde sportaccommodaties zijn opgedragen aan de daarvoor in het leven geroepen BV Sport Leeuwarden e.o., waarvan de aandelen in handen zijn van de gemeente. Onder invloed van alle genoemde bewegingen in de samenleving moeten gemeenten op zoek naar een nieuwe positie voor wat betreft het sport- accommodatiebeleidvoor welke sportaccommodaties moet de lokale over heid zorgdragen en waarom voor deze?; welke laat zij over aan commer ciële of non-profit aanbieders?; in welke mate kan zij bijdragen aan private initiatieven en wanneer kunnen op welke wijze samenwerkingsre laties worden aangegaan? In bijlage 3 wordt ingegaan op de inmiddels grote variatie in de wijzen van en betrokken partners bij de totstand koming en exploitatie van sportaccommodaties. Waar verzelfstandigd is doen zich vragen voor als: is de relatie met het sportbedrijf goed vormgegeven en hoe houden politiek en bestuur voldoende sturing?; kan de verzelfstandigde organisatie zelf initia tieven nemen en nieuw aanbod realiseren?; en: dienen sportaccommoda ties nog wel in gemeentelijk eigendom te zijn of zijn er alternatie ven? Deze vragen leven ook in de gemeente Leeuwarden. Bij het vast stellen van eerder genoemde Nota Kaderstelling Sportbeleid heeft de gemeenteraad ons college opgedragen een uitwerkingsnotitie met betrek king tot het sportaccommodatiebeleid op te stellen. Met deze notitie wordt aan deze opdracht voldaan. Het geeft niet op alle vragen een volledig antwoord, maar duidt wel aan welke richting de gemeente Leeu warden in kan en wil slaan voor wat betreft het aanbod aan sportaccom modaties en de rol die de gemeente daarbij wil spelen. Leeswij zer Hoofdstuk 2 geeft een beschrijving van het actuele aanbod van sportac commodaties in Leeuwarden. In hoofdstuk 3 worden de doelstellingen van en beleidsuitgangspunten voor het sportaccommodatiebeleid beschreven. In hoofdstuk 4 wordt vervolgens het beleidskader geschetst, op basis waarvan in de komende jaren beleids- en investeringsbeslissingen geno men dienen te worden. De financiële vertaling daarvan is tenslotte in hoofdstuk 5 opgenomen. Beleidsnotitie sportaccommodaties Gemeente Leeuwarden mei 2005 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2005 | | pagina 402