2. Beleidsbegroting 2.1 ProgrammaplanProgramma Woon- en !eefomgevsng{14) Effecten Nulme ting 2006 2007 2008 2009 F Waardering Leeuwarders groengebieden Indicator: Toename waardering van het bezochte groen met 'hoog' (nulmeting 2003) Prinsentuin Potmarge Rengerspark Parkje(s) in de buurt (nulmeting 2003 wssj 86% 55% 78% 57% 90% 65% 75% 60% 90% 65% 75% 60% G Tevredenheid groenvoorziening Indicator: Tevredenheid van de bewoners over de groenvoorzieningen stijgt (GSB-monitor nulmeting 2002) 71 73% 75 H Tevredenheid groenvoorziening onderhoud Indicator: Het aandeel bewoners dat tevreden is met het onderhoud van de groenvoorzieningen (wss nulmeting 2003) 42% 42 42% Verlichting 1 Stabilisatie tevredenheid bewoners met openbare verlichting Indicator: Het aandeel bewoners dat vindt dat er voldoende lantaarns zijn blijft stabiel (wss nulmeting 1999) 83% 83 83% Onkruidbestrijding J Tevredenheid onkruidbestrijding verhardingen (wss nulmeting 1999) Indicator: Het aantal bewoners dat zich vaak ergert aan onkruidgroei op verhardingen neemt af. 2003 48% ergert zich vaak 48% 40% 40 Zwerfvuil K Tevredenheid zwerfvuilbestrijding Indicator: Het aandeel mensen dat zich vaak ergert aan zwerfvuil stabiliseert. (1999 33 2003=39 (wss nulmeting 2003) 39% 39 39% Onderhoud speelvoorzieningen L Het percentage bewoners die vinden dat er voldoende speeltoestellen zijn voor kinderen in de leeftijd (4-10 jaar) (wss nulmeting 2003) 50 50 50% Stand van zaken Algemeen Per 1 januari 2005 is er een nieuwe sector wijkzaken van start gegaan. Deze sector is verantwoordelijk voor de invulling van de activiteiten die in dit programma woon- en leefomgeving staan. Bij de tevredenheid openbare ruimte is als effect opgenomen dat de klachten jaarlijks met 2,5% te laten afnemen per jaar. Hierbij is wel enige nuancering op zijn plaats omdat een grotere bekendheid van de mogelijkheid om klachten te melden via de meiddesk juist kan leiden tot een hoger aantal. In 2005 is veelvuldig actie ondernomen om de bekendheid van het nummer van de meiddesk 2338833 te vergroten, bijvoorbeeld bij de wijkpanels. Dit leidt tot een verhoging van het aantal klachten maar daarmee wordt het totale aantal en aard van de klachten beter inzichtelijk en is het mogelijk de opvolging effectiever op te pakken. 132 2. Beleidsbegroting 2.1 Programmaplan: Programma Woon- en !eefamgeving<14) Onderhoud parken De parken worden conform de keuze van de raad in BOR in Beeld op hoog niveau onderhouden. In 2005 is de opwaardering van het Vijverpark en de Prinsentuin afgerond. Dit zal leiden tot een hogere waardering. Dit geldt eveneens voor het Potmargegebied. Wat doen we daarvoor? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Algemeen PRESTATIES Incidenteel 2006 2007 2008 2009 2010 Effect I Verlichting Vervanging/verbetering voorzieningen openbare verlichting (Actualiseren beleidsplan) X A.B.C.I PRESTATIES Structureel Effect I Onderhoud plantsoenen en parken Het onderhoud van groen: - 1.129.000 m2 beplanting - 1.158.000 m2 gras - 1.142.000 m2 gazon - ca. 33.850 bomen - 1.000.000 m2 bos op kwaliteitsniveaus "basis" en "hoog": Beeld resp. maximaal 10% (basis) en 2% (hoog) voldoet niet aan het eindbeeld Schade resp. maximaal 20% en 5% schade aan beplanting en bomen Volledigheid bomenrij en groenvlakken resp. Maximaal 20% en 5% niet volledig beplant Vitaliteit resp. maximaal 20% en 5% matige of slechte kwaliteit. Voorde (cultuurhistorische) parken, de binnenstad en de kantorenhaak is gekozen voor kwaliteitsniveau "hoog". De overige structuurelementen worden onderhouden op niveau "basis". A,B,C,D, E.F.G.H Het verbeteren van één groengebied, hetzij middels een kwalitatieve aanpak van het groengebied, hetzij middels het verbeteren van de bereikbaarheid van het betreffende groengebied. F I Verlichting Het instandhouden van de lichtmasten en het verlichtingsniveau. Behandelen en registreren van aanvragen en klachten. Opdrachtverlening en toezicht houden op uitvoering. (16.900 lichtmasten) Het actualiseren van het beleid. A,B,C,I I Onkruidbestrijding Onkruidbestrijding op verharding voor de structuurelementen binnenstad, kantorenhaak en (cultuurhistorische) parken op kwaliteitsniveau "hoog": 10% tot 15% van het totale oppervlak elementenverharding (voegen) is begroeid. De hoogte van de begroeiing is maximaal 10 cm. Rondom obstakels en muren komt maximaal 5% begroeiing voor. Voor de overige stadsgebieden geldt onkruidbestrijding op verharding op kwaliteitsniveau "basis": de hoogte van de begroeiing is maximaal 30 cm. Rondom obstakels en muren komt maximaal 25% begroeiing voor. Industrieterreinen laag niveau. A.B.C, J Het reinigen van verhardingen c.q. schoonhouden van wegen en pleinen 440 km goot 6 X per jaar, 30 keer uitrukken voor gladheidbestrijding, binnenstad dagelijks vegen, 2300 ton veegvuil A.B.C K I Zwerfvuil Het (laten) bestrijden van zwerfvuil op het niveau "hoog" voor de structuurelementen binnenstad, kantorenhaak en (cultuurhistorische) parken conform de systematiek BOR in Beeld: plantvakken zijn schoon en grondig ontdaan van zwerfvuil. 420.000 m2 Voor de overige stadsgebieden geldt het (laten) bestrijden van zwerfvuil op het niveau "basis" conform de systematiek BOR in Beeld: plantvakken zijn matig geschoond van zwerfvuil. 3.135.000 m2 A,B,K Onderhoud speelvoorzieningen Hoge gebruikswaarde en het in goede staat houden van het materiaal overeenkomstig de wet Veiligheid attractie speeltoestellen (aantal centrale speeltuinen 11, aantal speeltoestellen 850, aantal speelplaatsen 267) Zorg dragen voor jaarlijkse inventarisatie i.h.k.v. vervanging/verbetering speeltoestellen A,B,L I Algemeen Het (laten) plaatsen van buitenreclame volgens het vastgestelde beleidskader (21 billboards/vitrines, 64 MUPI's, 220 borden aan lichtmasten, 200 kortdurende overeenkomsten). A,B 133

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2005 | | pagina 411