Wat willen we bereiken? Effecten IT IT 2. Beleidsbegroting 2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen {12} Algemeen strategisch doel Een evenwichtige woon- werk- en leefstad (inclusief de dorpen), die een sterke positie inneemt in Fryslan en het Noorden. Strategische hoofddoelen Ruimtelijke ordening Een adequaat ruimtelijk beleid om de gemeentelijke ambities mogelijk te maken. Wijken en dorpen Een grotere zelfstandigheid en deskundigheid onder bewoners en meer invloed van bewoners op het beleid. Toelichting op strategische doelen: Algemeen Kijkend naar de financiële middelen in dit programma en de prestaties die hiervoor verricht worden, moet worden geconstateerd dat dit programma in hoge mate een instrumenteel, faciliterend karakter heeft (met uitzondering van wijken en dorpen). Het is om deze reden dat het hoofddoel van ruimtelijke ordening geen maatschappelijk gewenste toestand beschrijft. Ruimtelijke ordening gemeentelijke ambities en uitwerking van het beleid van hogere overheden op het gebied van ruimtelijke ordening zijn vertaald in integrale of aspectgerichte ontwikkelingsplannen op stad- of stadsdeelniveau op basis van bestuurlijke prioriteiten; het beschikken over actuele bestemmingsplannen waaraan burgers formele duidelijkheid en rechtszekerheid wordt geboden over het gemeentelijk ruimtelijk beleid; een uitvoeringsgerichte werkwijze om bestuurlijke gewenste ruimtelijke ontwikkelingen op een snelle maar planologisch-juridisch verantwoorde wijze mogelijk te maken. Onder dit hoofddoel wordt ook geschaard: toegankelijke geometrische en geografische basisbestanden. Het garanderen van het digitaal weergeven van de ruimtelijke omgeving van de gemeente Leeuwarden door middel van het vastleggen en actueel houden van allerlei geometrische en geografische basisobjecten en het intern en extern beschikbaar stellen van deze gegevens wordt gerealiseerd binnen het huidige budget. Wijken en dorpen Het verbeteren van de interactieve werkwijze tussen gemeente en vooral bewonerspanels in wijken en dorpen bij (de afstemming van) maatregelen op wijk- en dorpniveau door: programmatisch werken voor wijken en dorpen als onderdeel van de gemeentebegroting in te voeren; extra instrumenten te ontwikkelen en uit te voeren, zoals afsprakenregister, informatie- en adviesprotocol, kwaliteitsniveaus Schoon Heel en Veilig; bestedingsniveau van wijk- en dorpsbudgetten op peil houden. 132 2. Beleidsbegroting 2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen (12} Nulme 2007 2008 2009 >010 ting I Ruimtelijke ordening A Gewenste dynamiek bestuurlijk vastgesteld Indicator: Aantal kaderstellende deelplannen per jaar voor 0 2 2 2 2 dynamische gebieden uit stadsvisie die bestuurlijk zijn vastgesteld. ~B~ Actuele bestemmingsplannen (zie ad. B) Indicator: Percentage bestemmingsplannen dat is 30% 85% 95% 95% 95% afgestemd op de actuele regelgeving en ruimtelijke planologische situatie. ~C~ Bestemmingsplan digitaal toegankelijk (zie ad. C) Indicator: Percentage geactualiseerde bestemmingsplannen 0% 60 80 90% 90% dat digitaal (IMRO-codering) opgesteld is. Correcte afhandeling RO-procedures (zie ad. D) Indicator: Percentage anticipatieprocedures (art. 19) en 100% 100% 100% 100% planschadeverzoeken dat volgens vastgesteld tijdspad afgehandeld wordt. Actuele digitale geometrische basisobjecten beschikbaar op globaal niveau (zie ad. E) Indicatoren: Percentage van de basisobjecten dat digitaal 60 90 95% 95 95% is vastgelegd Percentage van de wijzigingen dat volgens 90 95% 100 100% 100 regionale afspraken binnen een kwartaal is verwerkt Percentage van de basisobjecten dat digitaal 100 100% 100 100 100 op de werkplek raadpleegbaar is Actuele digitale geometrische basisobjecten beschikbaar op gedetailleerd niveau (zie ad. E) Indicatoren: Percentage van de basisobjecten dat digitaal 10 60 80% 95 95 is vastgelegd Percentage van de wijzigingen dat volgens 90 95% 100 100 100 regionale afspraken binnen een kwartaal is verwerkt Percentage van vastgelegde de 100 100% 100 100 100 basisobjecten dat digitaal op de werkplek raadpleegbaar is Wij ken en Dorpen F Bewoners zijn zelfstandig en deskundig en hebben voldoende invloed op gemeentelijk beleid. Indicatoren: Percentage bewoners dat tevreden is over 50 55% 60% het functioneren van panels in wijken/dorpen (totaal scores zeer goed/goed/neutraal) Tevredenheid van bewoners over invloed op 3,98 4,5 5,5 beleid (minimum 1 en maximum 10) Het aandeel van wijk- en dorpsbudgetten dat 97 95-100 95-100 daadwerkelijk besteed of gereserveerd wordt aan het op hetzelfde niveau houden (in van het totale beschikbare jaarbudget) (meting via wijksignaieringssysteem) 133

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2006 | | pagina 118