Blad 4
Volgens het BEVI mogen binnen 45 meter (PR 10-6) vanaf het
vulpunt geen kwetsbare objecten (zoals ziekenhuizen) worden
geprojecteerd. Indien kwetsbare objecten binnen de 25 meter
(PR 10-5) staan, geldt een saneringsplicht, aldus de
Brandweer Fryslan. De bestemmingsgrens van het MCL valt dus
zowel binnen de 45 meter als binnen de 25 meter vanaf het
vulpunt
Gezien de overschrijding van het groepsrisico en het
plaatsgebonden risico is de Brandweer Fryslan tegen het
voornemen om het LPG-tankstation in het bestemmingsplan
Huizum-Oost toe te staan.
De Brandweer Fryslan geeft aan zich er van bewust te zijn
dat deze zienswijze op een laat moment wordt ingediend. Op
grond van de artikelen 12 en 13 van het BEVI dient het
bevoegd gezag het bestuur van de regionale brandweer
(Brandweer Fryslan) in de gelegenheid te stellen advies te
geven. Dit is echter niet eerder gebeurd dan nu.
Beantwoording zienswijze
Om praktische redenen beginnen wij met het laatste punt van
de zienswijze. Alvorens dit te doen willen wij eerst
schetsen wat het BEVI behelst.
Het BEVI omvat een regeling die voorziet in een afstemming
van functies op elkaar die enerzijds een gevaar voor de
omgeving met zich (kunnen) brengen en anderzijds daar
gevoelig voor zijn. Deze afstemming vindt feitelijk plaats
door de benodigde afstanden aan te houden. Uitgangspunt is
de risicobenadering, welke wordt uitgedrukt in de kans op
een bepaalde plek dat er een dodelijk slachtoffer valt
buiten de inrichting ten gevolge van een incident c.q.
ongeval, veroorzaakt door die (gevaarzettende) inrichting.
De beoordeling van deze kans wordt "Plaatsgebondenrisico"
(PR) genoemd. Als aanvaardbaar risico wordt geaccepteerd
één dode in de miljoen jaar (1CT6)Een dergelijk PR doet
zich voor op een bepaalde afstand van de inrichting. Voor
een categorale inrichting als een LPG-station is deze
afstand tevoren bepaald in het REVI.
Het niet (kunnen) voldoen aan een dergelijke afstandsnorm
betekent bij woningen en ziekenhuizen e.d. dat er sprake is
van een saneringssituatie. Zo'n situatie mag in nieuwe
bestemmingsplannen niet worden vastgelegd.
Behalve aan de normering voor het PR moet ook rekening
gehouden worden met het Groepsrisico (GR)Er moet binnen
het invloedsgebied van de inrichting (een groter gebied dan
de risicozone)een verantwoording worden gegeven van het GR
van de inrichting op de omgeving. Deze komt vooral tot
uiting bij de zogenaamde oriëntatiewaarde van het
groepsrisico
Blad 5
Daarbij wordt de kans gewogen op een groep dodelijke
slachtoffers buiten de inrichting, veroorzaakt door een
ongeval in/bij of door die inrichting.
Het niet (kunnen) voldoen aan de oriëntatiewaarde behoeft
op grond van het BEVI niet te leiden tot een sanering.
Instandhouding van de situatie zal moeten worden
verantwoord. Specifiek ten aanzien van LPG is evenwel
buiten het BEVI om door het Rijk een convenant met de
sector afgesloten, waarbij het overschrijden van de
oriëntatiewaarde wel een saneringsgrond is.
Omtrent de beoordeling van het GR is het op grond van
artikel 13, lid 3 van het BEVI verplicht de Regionale
Brandweer om advies te vragen bij het opstellen van een
bestemmingsplan
Inderdaad is er aan deze adviesverplichting in eerste
instantie niet voldaan. Dit komt doordat het plan (net)
voor de inwerkingtreding van het BEVI (oktober 2004) in het
op grond van artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke
ordening verplichte vooroverleg was gebracht.
Op dat moment was de in het BEVI neergelegde adviestaak
door de Regionale Brandweer nog niet feitelijk vormgegeven.
In het kader van het overleg tussen ons college en de
regionale brandweer over de invulling van deze adviestaak
in de loop van 2005 kwam naar voren dat ten aanzien van dit
plan de betreffende adviesverplichting relevant was.
Omdat de regionale brandweer dit advies alsnog formeel
wilde inbrengen, is de brandweer erop gewezen dat nog
uitsluitend kon als zienswijze op het ontwerp.
Wij beschouwen daarom de ingebrachte zienswijze mede als
een dergelijk advies. Wij gaan ervan uit dat hiermee aan de
bepalingen van artikel 13 van het BEVI wordt voldaan.
Ten aanzien van het tweede punt van de zienswijze, de te
korte afstand van het LPG-vulpunt tot de bestemmingsgrens
kan het volgende worden opgemerktIn het BEVI wordt een
LPG-installatie aangemerkt als een categorale inrichting,
waarbij de kwetsbare objecten op tenminste 45 meter afstand
tot het vulpunt, wanneer de doorzet van LPG per jaar niet
meer bedraagt dan 1000m3. Hoewel de doorzet in de
milieuvergunning niet beperkt is, en er een zgn. QRA
(kwantitatieve risico analyse) moet worden gemaakt, is bij
de beoordeling in dit geval uitgegaan van een doorzet,
kleiner of gelijk aan 1000m3. In casu wordt feitelijk aan
deze afstanden voldaan. De bouwgrens van het ziekenhuis
ligt op voldoende afstand.
Bijzonder in deze is echter dat de REVI bepaalt dat ten
aanzien van ziekenhuizen niet de bouwgrens maar de
bestemmingsgrens bepalend is voor de aan te houden afstand.
In dit geval ligt de bestemmingsgrens op ca. 7 meter van
het LPG-vulpunt)