Artikel 31 Gemeentelijke bijdrage 1. De in artikel 30 bedoelde rekening bevat een voorstel van het dagelijks bestuur omtrent het bestemmen van het saldo van de rekening. 2. Het dagelijks bestuur neemt bij het doen van voorstellen omtrent het bestemmen van het saldo van de rekening het door het algemeen bestuur vastgestelde beleid met betrekking tot reserves en voorzieningen in acht. 3. Bij verrekening van het saldo van de vastgestelde rekening met de deelnemende gemeenten, vindt verrekening plaats naar evenredigheid van het aantal inwoners op 1 januari van het betrokken dienstjaar. 4. Voor de vaststelling van de inwoneraantallen worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerde cijfers. Toelichting: De uitgaven ten behoeve van een gemeenschappelijke regeling zijn verplichte uitgaven voor gemeenten. Als blijkt dat een gemeente weigert defhancible bijdrage in haar begroting op te nemen of tot betaling daarvan over te gaan, kunnen Gedeputeerde Staten ingrijpen op grond van respectievelijk artikel 194 en 195 van de Gemeentewet H00 FDSTUKXIII ARCHIEFBEPALINGEN Artikel 32 Archiefbescheiden 1. Het dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van het openbaar lichaam, overeenkomstig een door het algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 40 lid 1 en 2 van de Archiefwet 1995, vast te stellen regeling. 2. De secretaris is belast met de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig de door het algemeen bestuur vast te stellen regeling. 3. Bij opheffing van deze regeling worden de archiefbescheiden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Leeuwarden. 4. Gedeputeerde staten oefenen overeenkomstig het bepaalde in het Archiefbes luit het toezicht uit op de zorg en het beheer van de archiefbescheiden. HOOFDSTUK XIV TO ETREDINGUITTREDINGWIJZIG ING EN OPHEFFING Artikel 33 Toetreding en uittreding 1. Toetreding van gemeenten tot of uittreding van gemeenten uit de regeling is slechts mogelijk na wijziging van de verdeling van gemeenten in regio's, als bedoeld in het Besluit territoriale indeling Brandweer- en GHO R-regio's. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op taken en bevoegdheden die geen betrekking hebben op de verplichte samenwerking op grond van het Besluit territoriale indeling Brandweer- en GHO R-regio's 3. Het algemeen bestuur regelt de gevolgen van de toetreding en uittreding. 4. Aan de toetreding kan door het algemeen bestuur voorwaarden wonden verbonden. Toelichting: Een gemeenschappelike regeling dient een regeling te bevatten omtrent de toetreding en uittreding (artikel 9 Wgr). In het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's zijl de gemeenten aangewezen waarvan de colleges van burgemeester en wethoudeis een gemeenschappelijke regeling moeten treffen terzake van de regionale brandweer en de geneeskundge hulpverlening bij ongevallen en rampen. 23-02-2006 12/17 Artikel 34 Wijziging 1. In deze regeling kunnen wijzigingen worden aangebracht bij gelijkluidend besluit van tenminste vierentwintig van de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten, zij het dat een wijziging van Hoofdstuk II en van dit artikel uitsluitend kan worden aangebracht bij gelijkluidend besluit van de bestuursorganen van alle deelnemende gemeenten. 2. Voorstellen tot wijziging als bedoeld in het eerste lid kunnen wonden gedaan door het algemeen bestuur en door de bestuursorganen van 1 n of meer der deelnemende gemeenten. Artikel 35 Opheffing 1. Deze regeling kan slechts worden opgeheven na het vervallen van de verplichting tot samenwerking als bedoeld in de Brandweerwet 1995 en de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op taken en bevoegdheden die geen betrekking hebben op de verplichte samenwerking op grond van het Besluit territoriale indeling Brandweer- en G HO R-regio's 3. In geval van opheffing wordt het dagelijks bestuur met de liquidatie van de regeling beiast. Het liquidatieplan wordt door het algemeen bestuur, de raden gehoord, vastgesteld. 4. Ter uitvoering van de liquidatie blijft het dagelijks bestuur, zonodig na het tijdstip van opheffen van de regeling, in functie. 5. In geval van opheffing zijn de deelnemende gemeenten verplicht tot participatie in de volledige financiDle gevolgen daarvan. Een batig saldo komt ten bate, een nadelig saldo komt ten laste van de deelnemende gemeenten. Dit batig dan wel nadelig saldo wordt naar verhouding van het aantal inwoners van de gemeente op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de regeling wordt opgeheven, vastgesteld. Voor de vaststelling van de inwoneraantallen worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek terzake bekend gemaakte cijfers. H00 FDSTUK XV OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN Artikel 36 Nadere overgangsbepalingen 1. Op het tijdstip van inwerkingtreding neemt deze regeling de rechten en plichten op zich van: a. de Brandweer Frysl^o; b. de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Fryslc* De vaststelling van de omvang van deze rechten en verplichtingen vindt door het algemeen bestuur plaats, waarbij de raden van de deelnemende gemeenten worden gehoord. 2. De roerende en onroerende zaken van de in lid 1 genoemde instellingen worden tegen boekwaarde overgedragen. 3. Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling wordt opgeheven: a. de gemeenschappelijke regeling Brandweer Frysl^o; b. de gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Frysl^n Artikel 37 Hardheidsclausule In alle gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, wordt - onverminderd het bepaalde in artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen - door het algemeen bestuur een voorziening getroffen. Artikel 38 Citeertitel De regeling kan worden aangehaald als: Gemeenschappelijke regeling "Hulpverleningsdienst Frysfpn 23-02-2006 13/17

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2006 | | pagina 29