8
groep heeft ongeveer 20 procent een WWB-uitkering. De omvang van de groep
inburgeringsbehoeftigen is niet bekend, maar we gaan ervan uit dat deze groep omvangrijk is.
In totaal stellen we voor om als ambitie een aantal van 750 trajecten op te nemen in de
afspraken met het Rijk voor de periode 2007 t/m 2009. Daarbij hebben we meegewogen dat
we de Rijksvergoedingen maximaal willen benutten, waarbij we zowel inburgeringsplichtigen
als inburgeringsbehoeftigen kunnen bedienen. Gezien het belang en de positieve ervaringen
met duale "opvoederstrajecten" willen we het huidige aanbod handhaven. We stellen voor de
trajecten als volgt over de verschillende groepen inburgeraars te verdelen.
I Inburgeringsplichtigen
De gemeente krijgt rijksmiddelen om aan specifieke groepen inburgeringsplichtigen een
inburgeringstraject aan te bieden dat hen voorbereidt op het examen. De volgende
prioriteitsgroepen moeten een aanbod van de gemeente krijgen:
Groep 1: asielmigranten
Groep 2: geestelijk bedienaren
Aan de volgende prioriteitsgroepen kan de gemeente een inburgeringsvoorziening aanbieden:
Groep 3: uitkeringsgerechtigden
Groep 4: oudkomers zonder inkomsten uit werk of uitkering
Groep 1: asielmigranten
Asielmigranten zijn als asielzoeker Nederland binnengekomen en hebben op basis van hun
vluchtverhaal een verblijfsvergunning asiel gekregen. Zij beschikken veelal niet over
referenten in ons land en hebben in tegenstelling tot gezinsmigranten ook geen basisexamen
inburgering in het buitenland behaald. Een aanbod wordt door de wetgever noodzakelijk
geacht om daarmee beter te waarborgen dat zij zo snel mogelijk aan onze samenleving gaan
deelnemen. Maatschappelijke begeleiding is een verplicht onderdeel van de inburgerings
voorziening.
Wij stellen voor om in de periode 2007 t/m/ 2009 voor in totaal 60 nieuwe asielmigranten een
inburgeringstraject te starten en uit te voeren, waarvan 30 duale trajecten.
Groep 2: geestelijk bedienaren
Verplichte inburgering van geestelijk bedienaren wordt door de wetgever van groot
maatschappelijk belang geacht in verband met de voorbeeldfunctie die zij vervullen voor
leden van de geloofsgemeenschap. Aan het traject gericht op het behalen van het examen
worden extra voorwaarden gesteld. Ook dienen zij een aanvullend examen af te leggen.
Daarvoor moet een speciale cursus worden gevolgd, die door één vanuit het rijk aangewezen
instelling wordt aangeboden.
Groep 3: uitkeringsgerechtigden
Het doen van een gecombineerd trajectaanbod aan uitkeringsgerechtigden is volgens de
wetgever een passend instrument om langdurige afhankelijkheid van een uitkering te
voorkomen of te beëindigen. De gedachte hierbij is dat inburgering en toeleiding naar de
arbeidsmarkt elkaar kunnen versterken.
Wij stellen uw raad voor om in de periode 2007 t/m 2009 voor in totaal 345
uitkeringsgerechtigden (exclusief asielmigranten) een inburgeringstraject te laten uitvoeren,
waarvan er 300 een duaal karakter zullen hebben. In totaal zullen er in deze periode naar
schatting 45 inburgeringstrajecten ten behoeve van opvoeders worden uitgevoerd.
Groep 4: oudkomers zonder inkomsten uit werk of uitkering
Bij deze groep gaat het met name om verzorgende ouders en dan meer specifiek om
allochtone vrouwen in een achterstandspositie. Het doel is hier vooral om te voorkomen dat
de eigen achterstanden worden overgedragen op de volgende generaties. Voor de periode
2007 t/m 2009 stellen wij voor om in totaal 45 inburgeringstrajecten aan te beiden aan
inburgeringsplichtige opvoeders.
De gemeenteraad moet bij verordening regels stellen over het aanbieden van
inburgeringsvoorzieningen aan bovengenoemde groepen. Deze regels moeten in ieder geval
betrekking hebben op de procedure die voor het doen van een aanbod wordt gevolgd, de
criteria die daarbij worden gehanteerd en op de vaststelling van een passende voorziening
met inbegrip van de totstandkoming en de samenstelling daarvan. Ook moet de gemeente bij
verordening regels stellen over de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige voor wie
een inburgeringsvoorziening is vastgesteld.
Door uw raad is aangegeven, dat de gemeente dient in te zetten op het faciliteren van
inburgeringsplichtigen die in een achterstandspositie verkeren en dat in principe aan
personen die behoren tot de wet genoemde prioritaire groepen inburgeringsplichtigen een
trajectaanbod gedaan moet kunnen worden. Wij stellen voor om deze uitgangspunten als
leidraad te hanteren bij het formuleren van de criteria voor het doen van een aanbod.
II Inburgeringsbehoeftigen
Naast de bovenstaande groepen inburgeringsplichtigen stellen wij uw raad voor om op grond
van de Regeling 2007 een trajectaanbod te doen aan vrijwillige inburgeraars die niet verplicht
zijn om in te burgeren maar daar wel behoefte aan hebben. Het rijk stelt geld beschikbaar om
ook hen te stimuleren het examen te behalen. De belangrijkste groep die onder deze Regeling
valt betreft de groep genaturaliseerde oudkomers. In principe kan aan hen allen een traject ter
voorbereiding op het examen worden aangeboden. Dus ook aan degenen onder hen, die werk
hebben. Maar de groepen uitkeringsgerechtigden en oudkomers zonder inkomsten uit werk of
uitkering worden ook hier als prioritaire groepen beschouwd. Wij stellen voor om gedurende
de periode 2007 t/m 2009 210 inburgeringstrajecten aan te bieden aan uitkeringsgerechtigden
die inburgeringsbehoeftig zijn en 90 inburgeringstrajecten aan inburgeringsbehoeftige
opvoeders.
Voor een totaaloverzicht van alle geraamde trajecten wordt verwezen naar het overzicht op
pagina 14.
3.2 Handhavende rol
De wetgever acht het van belang, dat de gemeente bij het uitvoeren van de nieuwe
inburgeringswet een actief handhavingsbeleid voert. In de wet zijn de plichten en
bevoegdheden van de gemeente met betrekking tot het handhaven van de inburgeringsplicht
geregeld. Er dient voor handhaving een onderscheid te worden gemaakt tussen nieuwkomers
en oudkomers.