5» Burgemeester en ;7ethouders zijn bevoegd een of meer leer-
lingen op een andere sohool te plaatsen dan waarvoor toela-
ting is gevraagd.
6. De hoofden van schclen mogen leerlingen, die buiten de
gemeente wonen, niet tôt hun school toelaten, tenzij zij
daarvoor toestemming Tan Burgemeester en We thouders hebben
verkregen
Artikel 5.
1. Se hoofden der schoien zorgen Toor den geregelden gang
van het onderwijs en voor de handhaving van orde en tucht
door geoorloofde en doelmatige straffen.
2. Bij de handhaving van de orde en tucht in de school en
bij ailes wat het onderwijs en het toezicht betreft, verlees
nen de onderwijzers aan de school hun medewerking.
Artikel 6.
1. De hoofden der schoien zullen zoo noodig ook na de school-
tijden door de onderwijzers worden bijgestaan voor het hou-
den van toezicht op de leerlingen, die tôt straf moeten
schoolblijven of voor andere werkzaamheden, het onderwijs
betreffende.
2. De hoofden en onderwijzers zijn gehouden bij schoolfees-
ten of schoolreizen, welke met medewerking cf met instemming
van het gemeentebestuur wcrden gegeven of georganiseerd
hun medewerking te verleenen.
Artikel 7
1. De hoofden en onderwijzers moeten een kwartier voor den
aanvang der lessen in of bij de school aanwezig zijn.
2. Zij hà-uden toezicht op het binnenkomen en uitgaan der
leerlingen en dragen zorg, dat dezen zich daarbij en tijdens
hun verblijf bij de sohool voor den aanvang en na het ein-
digen der lessen ordelijk gedragen.
Artikel 8.
1. Het onderwijs begint en eindigt stipt op de daarvoor be-
p aald e ur en
2. Ingeval leerlingen te laat komen, is het hoofd der school
bevoegd die maatregeHien te nemen, welke hij noodig acht om
herhaling daarvan te voorkomen.
Artikel 9.
1. Onverminderd het bepaalde daaromtrent in de Instructie
voor de sohoolartsenbelast met het geneeskundig schooltoe-
zicht in de gemeenten Leeuwarden, LeeuwarderadeelBerwerde-
radeel en Het Bildt, zijn de hoofden van schoien, den betrok
ken klasse-onderwijzer gehoord, bevoegd leerlingen, die zich
kenmerken door onreinheid, ongeregeld schoolbezoekerger-
lijk wangedrag of vergaande slordigheid, tijdelijk, maar
niet langer dan twee dagen, van school te verwijderen.
2. Van elke verwijdering wordt door het hoofd der school on-
middellijk, onder opgaaf van redenen, kennis gegeven aan Bur
gemeester en Wethouders en aan de betrokken ouders, voogden
of verzorgers.
3. Is het naar het oordeel van het hoofd der school, den be
trokken klasse-onderwijzer gehoord, noodzakelijk, dat verwij
dering voor langeren tijd of voor altijd moet plaats vinden,
dan doet hij hiertoe een gemotiveerd voorstel aan Burgemees
ter en Wethouders.