- 3 -
4. Burgemeester en "ethouders beslissen hierover zoo apoedig
mogelijk en deelen hun besluit aari het hoofd der school mee
en leidt hun beslissing tôt verwijdering van den leerling,
dan geven zij hiervan, onder opgaaf van redenen, bovendien
kennis aan de ouders, voogden of verzorgers.
Artikel 10.
1. Het hoofd der school en de onderwijzers houden aanteekening
van het schoolverzuim, het gedrag de betoonde vlijt en de ge-
maakte vorderingen der leerlingen.
2. Lriemaai per jaar wordt aan de leerlingen een rapport ou
trent hun gedrag, vlijt en vorderingen uitgereikt, volgens
een door Burgemeester en Wethouders vast te atellen model.
Le uitreiking geschiedts
a. tegen de zomervacantie
b. te^en de Kerstvacantie
c. véor den jaarlijkschen overgang op het einde van het leer-
j aar
Artikel 11.
1. Le hoofden der scholen behoeven verlof om uit de school
afwezig te zijn anders dan wegens ziekte;
a. voor ten hoogste twee dagen van den Burgemeester?
b. voor langer dan twee dagen van Burgemeester en Wethouders.
2. Le onderwijzers behoeven verlof om uit de school afwezig
te zijn anders dan wegens ziekte;
a. voor een schooltijd van het hoofd der school, die daarvan
met opgaaf van redenen kennis geeft aan den Burgemeester;
b. voor langer dan een sohooltijd en ten hoogste drie dagen
van den Burgemeester;
c. voor langer dan drie dagen van Burgemeester en Wethouders.
3. Het hoofd der school geeft van elke afwezigheid kennis aan
den Inspecteur van het lager Onderwijs.
Artikel 12.
1. Le hoofden der scholen, die wegens ziekte verhinderd zijn
hun betrekking waar te nemen, geven daarvan zoo spoedig moge-
lijk kennis aan Burgemeester en Wethouders.
2. Le onderwijzers, die wegens ziekte verhinderd zijn hun be
trekking waar te nemen, geven daarvan zoo spoedig mogelijk
kennis aan het hoofd der school.
3. Ingeval de verhindering van een hoofd of een onderwijzer
langer dan drie dagen duurt, verzoeken zij aan Burgemeester
en Wethouders ziekteverlof onder overlegging van een verkla-
ring van een geneeskungigewaaruit de verhindering blijkt.
4. Bij herstel geven de hoofden der scholen aan Burgemeester
en Wethouders en de onderwijzers aan de hoofden der scholen
tijdig berioht, wanneer zij hun bezigheden zullen hervatten.
5. Het bepaalde in het^e lid van artikel 11 is op de geval-
len in dit artikel bedoeld, van toepassing.
Artikel 13.
1. Voor een vaste aanstelli$g als hoofd of als onderwijzer
komt alleen in aanmerking degene, die bij een geneeskundig
onderzoek, ingesteld door een of meer door Burgemeester en
Wethouders aangewezen deskundigen of bij een eventueele her-
keuring, als bedoeld in lid 3 van dit artikel, lichamelijk
geschikt is bevonden voor de waarneming der betrekking.
