L- 2Sâ
- 6 -
Spreker stelt voor aan inschrijvers een billijke vergoeding te
geven, indien zij het werk niet hebben gekregen.
De Voorzitter is van mening, dat het uitrekenen betrekkelijk een-
voudig is als men in het vak zit
De heer Bijlsma interrumpeert, dat het ook grote werken kan be-
treffen.
De Voorzitter vervolgt, dat hier gesproken kan worden van een mis-
stand en illustreert dit met een voorbeeld.
De héer S. de Vries kan zich met het voorstel van Burgemeester en
Wethouders verenigen, doch vraagt zich af of het doel wel bereikt
zal worden.
De Voorzitter zegt, dat dit wellicht niet in aile gevallen bereikt
zal worden, doch in de meeste wel. Er is een sanctie-bepaling; naar
zijn mening moet men een weg vinden om het euvel de kop in te drukken
De heer Eokkens ondersteunt het voorstel van den heer Bijlsma.
Mevr. Wiersma vraagt nog enkele inlichtingen. Zij is het met den
heer 3, de Vries eens als deze twijfelt aan het bereiken van de be-
doeling van de nieuwe bepaling. Het verstrekken ener billijke vergoe
ding is naar haar mening niet onredelijk.
Daarna wordt het voorstel van Burgemeester en vV'ethouder3 aangeno-
men met 8 tegen 3 stemmenj tegen stemmen de heren Fokkens en Bijlsma
en Mevr. Wiersma-Bergstra.
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om ingevolge artikel 36,
vierde lid der Woningwet te bepalen, dat de herziening van het
uitbreidingsplan voor de gemeente wordt voorbereid.
Het door Burgemeester en Wethouders gedane voorstel terzake luidt
als volgt; (bijlage 11)
Het voorstel wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aan-
genomen, terwijl het navolgende besluit wordt vastgesteld (bijl?12)
lia. Verzoek van plaatselijke verenigingen te Stiens om de jaarlijk-
se kermis aldaar voortaan weer op Zondag en Maandag te houden,
met voorstel van Burgemeester en Wethouders.
Dit voorstel is van de volgende inhouds (bijlage 13)
Wethouder Poepjes begint met te zeggen, dat hij in het collège
van Burgemeester en Wethouders de minderheid vormde en zich dus niet
achter het prae-advies kan scharen. Spreker licht zijn standpunt toe
en verzet zich vooral tegen het feit, dat in bezettingstijd de ker
mis van de Zondag en Maandag is gebracht op de Woensdag en Donderdag.
De bezwaren tegen de Zondag met het oog op de kerkgang deelt spreker
niet, omdat de kermis eerst om vier uur open komt. Spreker meent,
dat niet-kerkelijken het recht moeten hebben dan te doen wat zij
willen. Hij ondersteunt dan ook het verzoek van de verschillende
verenigingen.
De heer R. de Vries verklaart zich in principe tegen de kermis
op Zondag; degene die kermis wil vieren, kan dat in de week wel doen
aldus spreker. Verder vindt hij het de moeite niet meer waard te dis-
cusseren over de verplaatsing;naar zijn mening is de kermis ten
dode opgeschrevenWat spreker tijdens de laatste kermis zo gezien
heeft, heeft zijn misnoegen opgewekt. Spreker hoopt dan ook, dat de
kermis niet naar de Zondag wordt verplaatst.
De heer Bijlsma zegt, dat ook niet-confessionele verenigingen te
Stiens het verzoek getekend hebben. Hij is van oordeel dat 70 geen
bezwaar heeft tegen het houden van de kermis op Zondag. Verschillen-
de verenigingen hebben nu financiele schade, o.a. de kaatsclub. Het
0-
t.-