-1.851.2 B H u i z u m, 18 December 1947.
07-2
Onderwerp s
Toepassing artikel 101 bis
der Lager Onderwijswet 1920
Op grond van nevensaangehaalde wetsbepaling
heeft het bestuur ener bijzondere lagere school techt op
vergoeding van de kosten van vakonderwijzers tôt een gelijk
bedrag per leerling als de gemeente in het daaraan vooraf-
gaande jaar ten behoeve van het Vakonderwijs aan de open-
bare lagere scholen heeft uitgegeven.
De vergoedipg mag niet overschrijden het bedrag der
werkelijk gedane uitgaven voor bezoldiging van vakonder
wi jrzer s, blijkens een in 1926 door de Kroon genomen be-
slissing.
Van het bestuur der Veren:ging voor Gereformeerd School-
onderwijs te Britsum is het verzoek ingekomen om over 1946
een bedrag van f 139,72 uit de gemeentekas te mogen ont-
Vangen wegens beloning van een handwerkonderwijzeres, ter-
wiji eveneens van het bestuur der Bijzondere school te
Stiens een soortgelijk verzoek is ontvangen om f 69,67 te
vergoeden voor beloning van een handwerkonderwijzeres, die
van September tôt en met December 1946 in functie is ge-
we e s t
Bij uw besluit van 21 Pebruari 1946 werd het gemiddeld
bedrag per leerling der openbare lagere scholen, waaraan
in 1945 vakonderwijzers verbonden waren, vastgesteld op
f 2,15.
Het bestuur der Bijzondere lagere school te Britsum kan
dus over 1946 een bedrag van 621/'x X f 2,15 in rekening
brengen of f 134,02.
Aan het bestuur der Bijzondere school te Stiens zou ver-
goed kunnen worden 122 X f 2,15 f262,30? waar echter
slechts f 69,67 werd uitgegeven voor een gedeelte van het
jaar, blijft de vergoeding tôt het bedrag der werkelijk ge
dane uitgaven beperkt.
Wij geven U in overweging, door vaststelling van bij-
gaand concept-besluit de vergoeding voor vakonderwijzers
over 1946 ten behoeve van de Bijzondere lagere school te
Britsum te bepalen op f 134,02 en voor die te Stiens op
f 69,67.
Burgemeester en Wethouders van leeuwarderadeel
De Secretaris,
Aan
de Raad.