- 2 -
Deaflossingstermijnen zullen v/orden voldaan op 15 Januari van
elk jaar, de eerste aflossingstermijn op 15 Januari 1950, de
laatste op 15 Januari 1999.
Artikel 3.
Geldneemster zal éenmaal een bijzondere aflossing verrichten.
cze bijzondere aflossing zal bedragen de son, welke geldneemster
van de Staat der ITederlanden zal ontvangen als uitkering in ééns
op grond van het bepaalde in artikel 24 b, lid 2, van he t V/oning-
besluit, zoals dit is gewijzigd bij Koninklijk Besluit van 30
December 1947, Stbl. no. H468.
De bijzondere aflossing zal geschieden met inachtneming van
een opzeggingstermijn van 1 ma and,
Zij treedt in de plaats van de in het betreffende jaar verval-
lende aflossingstermijn.
ÏJa de betaling van bovengenoemde bijzondere aflossing zal het
resterende leningssaldo met de alsdan verschuldigde en verschul-
îgd wordende rente wordcn afgelost in jaarlijkse termijnen,
welke met inachtneming van de restant-looptijd der lening opnieuw
zullen v/orden berekend, waarbij de in:iartikel 2 aangegeven richt-
lijn zal worden gevolgd.
Artikel 4.
Algehele of gedeeltelijk extra aflossing der lening door geld
neemster zal tôt 15 Januari 1954 zijn uitgesloten, met ingang
van laatstgenoemde datum zal geldneemster uitsluitond op de af-
lossingsverschijndagen extra mogen aflossen, doch slechts tegen
betaling van een vergoeding van 1-g- van het extra af te lossen
bedrag, indien de aflossing plaats vindt voor 15 Januari 1959„
terwijl zulks gedurende de verdere looptijd der lening slechts
mogelijk zal zijn tegen betaling van een zodanige vergoeding,
berekend naar 1 fcvan het extra af te lossen bedrag.
Geldneemster zal van haar voornemen tôt extra aflossing der
lening ton minste drie maanden tevoren aan geldgeefster schrif-
telijk kennis gevon.
Deze kennisgeving is onherroepelijk en verplicht geldneemster
op de gc-stelde datum de extra aflossing te voldoen.
De bedragen, overeenkomstig dit artikel extra afgelost, zullen
gerekend worden allereerst te zijn betaald in mindering van de
laatste aflossingstermi jn, daarna van de voorlaatste en zo ver-
volgens
Artikel 5.
Conversie der lening is mogelijk op nader overeen te komen
voorwaarden
Echter zal het in artikel 4 ten aanzien van extra aflossing
bepaalde m îeder geval op conversie van toepassing zijn, met
uitzonderxng evenwel van de laatste twee alinéa's.
Artikel 6.
Aile aan geldgeefster verschuldigde betalingen zullen geschie-
den door stortmg of overschrijving op haar rekening bij de
iooi tank van de Nederlandse Bank of op haar postrekening no.7615
De betalingen zullen geschieden in Nederlands geld, zonder kor-
ting oi schuldvergelijking en zonder kosten voor geldgeefster.
De betalingen zullen gerekend worden allereerst te zijn ge-
schied ter voldoening van de kosten, vervolgens van de boeten,
daarna van de vergoedingenvervolgens van de rente en het laatst
van de hoofdsom.
Artikel 7.
Indien geldneemster het aan rente of aflossing verschuldigde
niet op tijd en overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 zal heb-
ben voldaan, zal zijnaan geldgeefster betalen, als boete een
bedrag gelijk aan 5 procent per jaar van het achterstallige be
drag over de tijd der nalatigheid.
