r
/O
■yA-4 M
-1.851.2
02-2
De Raad der gemeente LEBIFfASDUîHADIjEL;
Gezien een beawaarsGhrift d.d. 2 «Xunl 1950 van 8. Taooma te
Stiene tegen si jn aanslag in het schoolgeld, dienstjaar 1948/49,
artikel 190 van het ko hier;
Qverwegoiîdedat réclamants grief si oh richt tegen het feit,
àat de in het schoolgeld over het oursasjaar 1948/49 ±e
berekend naar sijn aanslag in de inkoraetenhelasting over 1946,
hetgeen hem ohbilli jk voorkomt;
dat e oh ter volgens de bij Konlnkli^k Besluit van 20 ïfcvamber
1945, rtaateblad no. F. 291, gegeven voorschrlften net betrekking
tôt het heffen van schoolgeld, indien het schoolgeldjaar voor 1
Augustuo van het kalender^a&r aanvangt, maatstaf voor het ver-
sohuldigde BChoolgeld is de aanslag in de inkomsteribelasting over
het M3 de aanvang van het schoolgeldjaar- vdcfrlaatste kalender-
3aar;
dat de aanslag derhalvc terecht is opgelegd;
Be slïii t
met handhaving van de beetreàen aanslag de àaartegen ingediende
bezwaren ongegrond te verklaren.
Eu i z u m, Joui 1950.
De Raad voomoemd,
Voor ait ter.
,Secre taxis.
