-1.777.814 B"!age nr. T7 H u i z u m 5 21 Mei 1951. Onderwerp s Schadeloosstelling Joh. v.d. Burg. Wij doen U hierbij toekornen een request van de heer uo- hannes van den Burg te Jelsum 64"b, inhoudende het verzoek om hem een sohadeloosstelling uit te betalen voor het perceel grond, waarop het in 1942 afgebroken huis van adressant heeft gestaan. Met betrekking tôt de feiten delen wij U het volgende medes Op het perceel kadastraal. bekend Gemeente Jelsum, Sectie A, no. 577, werd in 1933 een woning gebouvrâ. Deze woning is, gelijk met nog 5 andere, in het begin van 1942 door, althans op last van de Duitse Wehrmacht afgebroken. Ma deze afbraak is het uitbreidingsplan voor de toen nog nie. varkleinde gemeente van kraolit geworden, welk ui tbreidingsplan werd vastgesteld bij raadsbesluit van 30 Januari 1941 en werd goedgekeurd door de Commis saris in deze provincie, waarnemende de taak van Gedeputeerde Staten, op 25 Pebruari 1942. De bebouwingsvoorsohriften van dit uitbreidingsplan laten m de omgeving waar eens het huis van de heer van den Burg stond al- leen toe het bouwen van bedrijfsgebouwen voor de landbouw, tuin- bouw en veeteelt met een schuurruimte groot 540 m een terrain van 6 H.A., een onderlinge afstand van 150 m en een rooilijn-af- stand uit het midden van de weg van 30 m. Wij weten niet of het de bedoeling van de heer van den Burg geweest is na de aftooht van de bezetter het afgebroken pand te doen herbouwen. Ben verzoek van dien aard heeft ons nimmer be- reikt. In de herfst van 194-9 is adressant bij de Voorzitter van ons collège gekomen met het mondeling verzoek hem een schadeloosstel ling toe te kennen voor de waardevermindering van het bouwterrem dat tôt landbouwgrond werd gedegradeerd tengevolge van het ieit, dat er inmiddels een bouwverbod voor een burgerwoning op was ko- men te liggen. De verordening houdende regelen ter bescherming van de belan- gen van derden in verband met uitbreidingsplannen, bouwverboden en rooilijnen kon hier niet worden toegepast, zodat wij niet an- ders konden doen dan het verzoek van de heer van den Burg van de hand te wijzen. Wij hebben adressant daarbij evenwel beloofd bij de Provinciale Planologische Dienst pogingen te doen hem alsnog in de gelegenheid te stellen het afgebroken pand te herbouwen. De Directeur van deze dienst heeft ons uitvoerig geantwoord op de door ons gestelde vraag of herbouw van het pand mogelijk zou zijn. Deze is op verschillende gronden tôt de slotsom gekomen dat dit een gevaarlijk procèdent zou scheppen en niet aanbevelens- waardig is. In het renvooi van het thans geldige uitbreidingsplan in hoofdzaak kornt de volgende bepaling voorî "Aan wegen, waaraan volgens de bouwverordening mag worden ge- bouwd, mogen woningen en andere gebouwen, die tijdens de vast- stelling van het plan in het gebied van het plan in hoofdzaak Aan - aanwezig - de Raad. r oiuien Raad

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1951 | | pagina 25