12 - tact er naar gestreefd die verhouding zo goed mogelijk te doen zijn, en nooit heb ik vergeefs een beroep op hen gedaan, ook al betrof het zaken, die nie te te maken hadden met openbare orde en rust. Ook Tan deze plaats wil ik een woord Tan waardering uitspre- ken Toor de gemeenteli jke commissie van advies inzake de woon- ruimteverdeling. Met grote ernst pleegt zij, na afweging van de belangen der betrokkenen, haar adviezen uit te brengen, waardoor de taak van Burgemeester en Wethouders aanzienlijk verlicht wordt. Er is nog een catégorie van personen, die ik oprechte dank verschuldigd ben, n.l. die van verenigingen, besturen en par ti culieren in de gemeentedie meestal spontaan hun medewer- king verleenden als ik voor een of ander doel een beroep op hen deed. Leden van de Raad, bij een afscheid wordt gewoonlijk alleen gesproken over de goede dingen, die men beleefd heeft, zorgen zijn dan vergeten, en dat is missckien ook maar goed. Maar wij weten zéér wel, dat die bestaan hebben en nog bestaan. Elk ge meente be s tuur heeft die, ook elke burgemeester. Een uitzonder- lijk probleem echter voor onze gemeente, dat ik niet vermocht cp te lossen, is de overbrenging van de zetel van het gemeente- bestuur naar Stiens, In de annexatie-beschikking van de Secre- taris-Generaal van het Département van Binnenlandse Zaken van 29 December 1943- worden wel enige voorzieningen getroffen, maar die zijn door de ontwikkeling der dingen onvoldoemde. Ik heb gedurende de laatste acht jaren ondervonden het nadeel en omgerief buiten de gemeente mijm dagelijkse werkzaamheden te moeten verrichten. Ook de ingezetenen hebben dat dagelijjks moeten ervaren. Van hogerhand is die toestand op een ongeluk- kig tijdstip in het leven geroepen en sindsdien zijn de om- standigheden nog moeilijker geworden. Ondanks aile pogingen mijnerzijds, en ook die van mijn echtgenote, om toch zoveel mogelijk met de bevolking mede te leven, het gémis van Raad- huis, bur gemme s te rshui s en huizen voor aile ambtenaarsgezinnen in de gemeente zal niet te vergoeden zijjn. Gebrek aan grondstoffen na de bevrijding, stijging van prij- zen en lonen, gebrek aan werkruimten en woonruimtegebrek aan geldmiddelen, ailes bij elkaar maakt, dat in deze ongewenste toestand niet gemakkelijk verandering te brengen zal zijn. Het is voor mij een grote voldoening, dat ik hier zoveel be- kenden zie, die op een of andere manier met mij samengewerkt hebben of van wie ik op enige rie i wljjze voorliohting heb ge- kregen. De tegenwoordigheid van de Chef van het Kabinet van de Com- missaris der Koningin stel ik zeer op prijs. Tôt mijn leedwe- zen heeft de Commis sari s der Koningin, door ambtsbe zigheden verhinderd, geen gevolg kunneh geven aan zijn aanvankelijk voorneraen om persoonlijk hedenmiddag aanwezig te zijn. Mijn leedwezen daarover, Mijnheer de Kabinetsohefzult U wel aan de Commis sari s der Koningin willen mededelen en hem dahken voor zijn vertegonwoordiging door Uw persoon. De aanwezigheid van vele collega's stel ik op hoge prijs. Met U, mijne Heren, heb ik steeds op prettige wijze, in welk verband ook, samengewerkt, hetzij als goede naburen, hetzij in de schoolartsendienst, hetzij in de kleine burgemeesterskring, hetzij in de kring van de Burgerlijke Verdediging. Ik dank U daarvoor en beveel mij bij voortduring in Uw vriendschap aan. - Mijnheer -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1951 | | pagina 23