Uit hun voorstel bij het vorige agenda-punt blijken zij
een open oog te hebben voor de cultuur-historisohe ontwikkeling
van de gemeente en spreker kan hiermede instemmen omdat dit de
verbinding vormt van het verleden met thans. Maar spreker acht
de onderhavige aangelegenheid van minstens even groot belang.
Vloeken is een misbruik, dat veel voorkomt - vooral in onze ge
meente - en dan doet het vreemd aan, dat Burgemeester en Wet-
houders daar paasief tegenover staan.
"Voorzitter is er van overtuigd, dat als hij de raadsleden
stuk voor stuk vraagt of het streven van de Bond hun instemming
heeft, zij dit allen positief met "ja" zullen beantwoorden. Bij
het verzoek van het Priesoh Genootschap was evenwel meer direct
een gemeentebelang betrokken. Wij zijn het allen met het stre
ven van de Bond eens, aldus spreker, doch ik geloof, dat als de
gemeente hieraan aotief gaat deelnemen, wij verder springen dan
de polsstok lang is.
De heer de Vrles kan dit standpunt waarderen. Zo wij hier
zitten, zijn we allen voor de cultuur. Sn nu kan men gemakke-
lijk zeggen, dat in het onderhavige geval een taak voor het par
ticulier initiatief en de kerk ligt, doch spreker kan niet in-
zien, dat voor de ene cultuurwaarde wèl en voor de andere niet
een taak voor de overheid is weggelegd.
-D0 "Voorzitter is van oordeel, dat bij het inwilligen van dit
verzoek de Raad zioh op een terrein begeeft, dat buiten haar
werkingssfeer ligt. In Nederland leven de christenen allen vol-
gens hetzelfde grondbegrip. Iets waar de gemeente zich ook ach-
ter moet scharen. Cultuur is een onderwerp dat voor ieder van
direct belang is.
De heer de Vries kan deze redenering volgen en dan komt die
hier op neerî Wij als gemeente hebben geen belang bij culturele
dingen; de gehele gemeenschap heeft er pas belang bij. Doch z.i.
kan men niet aan cultuur doen zonder een onderdeel ervan te mis-
kennen, Men kan niet vloeken zonder anderen te ergeren.
De heer Zondervan stelt voor de bond finanoieel te steunen,
Zijns inziens "ligt hierin een taak voor het gemeentebestuur. Be-
derland is als een christelijke natie te beschouwen, aldus spre
ker.
De heer Tolsraa is het met de heren de Vries en Zondervan
eens en ook weï met Burgemeester en Wethouders. Ook hij ergert
zioh maar al te vaak aan het misbruiken van Gods heilige naam.
Doch ook wil spreker de heer de Vries herinneren aan zijn eigen
woorden, dat men niet altijd op de overheid moet leunen. Volgens
spreker kan men persoonlijk niet aan cultuur doen, dooh persoon-
lijk kan men wel het vloeken bestrijden. In diverse bestrijdings-
methoden ziet spreker een taak voor de kerk.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders hierna in stem-
ming gebracht wordt aangenomen met 7 tegen 3 stemmen. Tegen
stemmen de heren de Vries, Zondervan en Poortman.
14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het vaststellen
van een wachtverbod voor het gedeelte Pieter Jellessingel tegen
over Smallenbrug te Stiens.
Dit voorstel luidtj (bijlage 17).
De heer Bouma is er wel van overtuigd, dat het verkeer thans
moeilijkheden ondervindt, doch ziet in de invoering van een
wachtverbod een groot last voor de bewoners tussen Dr. Bosma
en Smits, met het oog op venters, groentekarren enz.