Artikel 7.
Van de bêlasting zijn vrijgesteld:
de aan een genothebbende toebehorende e igendommenwelke met
inachtneming van het bepaalde in artikel 3, ten aanzien van ge-
bouwde eigendommen tezamen voor minder dan vijf gulden bêlast-
bare opbrengst in de kadastrale leggers voorkomen, de gezamen-
lijke genothebbers van een onverdeeld eigendom als een genot
hebbende te beschouwen;
b eigendommen, waarvan de gemeente of de burgerlijke instel-
ling van weldadigheid in de gemeente genothebbende is^
gebouwenuitsluitend dienende tôt de openbare eredienst;
d^ gebouwen, uitsluitend bestemd voor het geven van bijzondér
gewoon lager of bijzondér kleuteronderwijs
Artikel 8,
Voor gebouwde eigendommen, die met hunne gcbouwde aanho-
righeden gedurende twaalf achtcrcenvolgendc maanden ongebruikt
en onverhuurd geblevcn zijn, wordt aan hem, die gedurende dat
gehele tijdvak is aangeslagen, de belasting tcruggegeven
Ter bekoming van teruggaaf moet de belanghebbendc binnen
een maand na het einde van bcdoeld tijdvak een verzockschrift
indienen bij de Gemeenteraad.
Artikel 9
Kij, die na 1 Januari ophoudt genothebbende van een percecl
te zijn, blijft voor de belasting over het gehele jaar aanspra-
kelijk en heeft, onverminderd het bepaalde bij artikel 8, geen
recht op teruggaaf van belasting.
Artikel 10.
.Li Ten behoeve van de invordering worden jaarlijks door Bur
gemeester en Vethouders kohieren opgemaakt.
Primitief kohier wordt opgemaakt voor 1 Juli.
3^ Hij, die door verzuim of misstelling niet op het oorspron-
■u6 1P r" 1<0-'aier is geplaatst, wordt op een aanvullings-kohier ge-
Artikel 11.
De kohieren worden ingericht volgens een door Burgemees
ter en /ethouders vast te stellen model,
2_^ Zij worden na de vaststelling zo spoedig mogelijk aan de
gemeente-ontvanger voor de invordering ter hand gesteld.
Artikel 12.
De gemeente-ontvanger reikt zo spoedig mogelijk kosteloos
een aanslagbiljet uit volgens het model door Burgemeester en
Wethouders vast te stellen.
2. De termijnen van betaling, zoals deze door Burgemeester
en Wethouders bij de vaststelling van de kohieren zijn bepaald,
worden daarop vermeld. F
Artikel 13.
De belasting is verschuldigd binnen de termijnen als in
het vorig artikel bedoeld.
2A Zij is dadelijk en in e'c'n termijn verschuldigd zodra de
aangeslagene in staat van faillissement is verklaard of op ziin
roerende of onroerende goederen executoriaal beslag is gelegd
of wanneer hij zich metterwoon in het buitenland gaat vcstigen.
Artikel 14.
l^De gemeente-ontvanger is verplicht voor elkc betaling on-
verwijld bewijs van kwijting op het aanslagbiljet te stellen.
de ordc*- afschri^ving der betalingcn geschiedt in de navolgen-
a^ op de ko sten van vcrvolging;
ili °P de oudste der openstaande termijnen.
u3Tâ. C II t b