IBijlage nr. 3
notuien Raaê'M7i'l^/E U 1 z U
'0 J 7
07-2
Onderwerp
m,
11 October 1954
Toepassing art. 101 bis
Lager Onderwijswet 1920
over 1953.
Van de besturen der in deze geraeente gevestigde
bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs zijn aanvragen in-
gekomen om vergoeding uit de gemeentekas van de kosten van vakon-
derwijzeressen in nuttige handwerken aan die scholen over 1953.
Overeenkorastig bovenaangehaald wetsartikel wordt deze vergoe
ding bepaald aan de hand van het aantal wekelijkse lesuren, verme-
n gvuldigd met het getal verplichte onderwijzershet hoofd daar-
onder begrepen, hetwelk in dat jaar (1953) aan de bijzondere scho
len moest zijn verbonden.
Bovenbedoeld getal wekelijkse lesuren mag even groot zijn als
dat, waarop aan de leerlingen der openbare lagere scholen vakon-
derwijs wordt gegeven en bedroeg voor laatstbedoelde scholen over
het tijdvak van 1 Januari tôt 1 Juli 1953 6/7 uur en van 1 Juli
tôt 31 December 1953 1 uur, vastgesteld als volgts aantal verplich
te onderwijzers aan de O.L. school te Stiens; 6 en aan die te
Britsum; 1, samen 7. Tôt 1 Juli 1953 werd aan de openbare lagere
school te Stiens 3 uren vakonderwijs gegeven en aan de openbare
lagere school te Britsum eveneens 3 uur. Op genoemde datum werd
een tweede leerkracht onderwijzeresaan de O.L. school te Brit
sum in vaste dienst benoemd, die tevens het onderwijs in de nut
tige handwerken verzorgde. De vakonderwijzeres werd daardoor aan
die school overbodig. Zij is met ingang van 1 Juli 1953 toegevoegd
aan de O.L. school te Stiens, waar zij vanaf die datum 6 uur per
week les geeft in de nuttige handwerken.
Per verplichte onderwijzer is dus in het eerste halfjaar 6/7
uur vakonderwijs gegeven en in het tweede halfjaar 1 uur.
Derhalve hebben de besturen van de bijzondere lagere scholen
te Stiens en Britsum met elk 3 verplichte onderwijzers over het
eerste halfjaar van 1953 elk aanspraak op vergoeding van 3 x 6/7
uur is 2 4/7 uur en over het tweede halfjaar van 1953 op 3 x 1
uur is 3 uur vakonderwijs.
De beloning per wekelijks lesuur is voor een onderwijzeres vak
k vastgesteld in minimum op f 74.- en in maximum op f 96.- met
6 tweejaarlijkse verhogingen van f 3.- en 2 tweejaarlijkse verho-
gingen van f 2.-, nog te verhogen met de bekende toelagen, waarop
00k een vakonderwijzeresverbonden aan een bijzondere lagere
school, aanspraak kan maken.
Bovendien worden de ten laste van het schoolbestuur gebleven
kosten van verzekering en/of pensionnering door de gemeente ver-
goed. De vergoeding mag echter nimmer meer bedragen dan de werke-
lijk door het schoolbestuur gedane uitgaven.
Door de bijzondere school te Stiens is f 236,16 plus f 9,44
vereveningsheffing is in totaal f 245,60 uitgegeven, berekend
naar 2s uur per week en door de bijzondere school te Britsum
f 243,78 berekend naar 2 4/7 uur in het eerste halfjaar en 3 uur
in het tweede halfjaar.
De vergoedingen voor de bijzondere scholen te Stiens en Brit
sum kunnen derhalve vastgesteld worden op de door de schoolbestu-
ren uitgegeven bedragen.
deR a a d