- 2
a. de afsnijding van perceel no. 626 zal zodanig worden uitge-
voerd, dat op het Noordelijkste punt de sloot met een
flauwe bocht aansluit op de doorgaande sloot;
de Zuidoostelijke punt van de berm van de Breedijk bij het
perceel no. 626 wordt gevoegd en gratis in eigendom, onder-
houd en heheer aan de eigenaar van dat perceel wordt afge-
s taan
5°, van het Doctor Henricus Popta Gasthuis gevestigd te Marssum,
aan te kopen;
a. een strook grond ter grootte van ongeveer 791 M2, deel uit-
makende van het kadastrale perceel gemeente Hijum, Sectie
B, no. 2323 tegen een prijs van f 0,65 per m2 of in totaal
vijfhonderd veertien gulden en vijftien cent;
b, een strook grond ter grootte van ongeveer 22 M2, deel uit-
makende van het kadastrale perceel gemeente Hijum, Sectie
B, no. 1836, tegen een prijs van f 0,65 per M2 of in totaal
veertien gulden en dertig cent;
een strook grond ter grootte van ongeveer 117 M2, deel uit-
makende van het kadastrale perceel gemeente Hijum, Sectie
B, no. 1835, tegen een prijs van f 0,50 per M2 0f j_n totaal
acht en vijftig gulden en vijftig cent;
d. een strook grond ter grootte van ongeveer 50 M2, deel uit-
makende van het kadastrale perceel gemeente Hijum, Sectie
B, no. 2216, tegen een prijs van f 0,50 per M2 of in totaal
vijf en twintig gulden;
een en ander onder voorwaarde dat daar, waar de doorsnij-
ding zodanig plaats vindt, dat er een hoge wal overblijft,
deze wal van gemeentewege terstond zodanig wordt opgezet
dat geen gevaar voor instorting ontstaat en het voor t veen
mogelijk blijft te drinken;
dat de afscheiding tussen het perceel no. 1836 en de Bree
dijk wordt gemaakt van betonpalen waartegen ijzerdraad in
overleg met de gemeentearchitect en ten genoege van de
pachter;
dat binnen deze afscheiding op het terrein van de verkoper
door de gemeente een riooltje wordt aangelegd;
dat - zo nodig - de Noordelijke wand van de bestaande
inrijdam binnenwaarts verlegd wordt;
dat de Zuid-zijde van de te dempen sloot wordt afgesloten
met een beton-damwand;
dat de thans bestaande dam tussen de kadastrale percelen
nos. 1836 en 2323 Oostwaarts wordt verlegd en zal bestaan
uit een betondam met twee opstaande betonpalen;
dat dam en afscheidingen na het gereedkomen ervan het eigen-
dom zullen zijn van de verkoper en in gebruik en onderhoud
komen bij diens pachter;
dat het gemaaltje, zich bevindende deels op perceel no.
1835 en deels op perceel no. 2216, zal blijven bestaan;
dat van gemeentewege gezorgd zal worden voor voldoende
v6or-berging van water;
"dat"