- 9 - 13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het nemen van een nader besluit inzake de garantie van geldleningen aangegaan door de N.V. Intercommunale Waterleiding, G-ebied Leeuwarden. Het voorstel is als bijlage 18 aan deze notulen gehecht. Het wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aangenomen en vastgesteld wordt het navolgende besluit (bijlage 19). 14- Voorstel van Burgemeester en Wethouders inzake het verlenen van een bijdrage uit de gemeentekas voor aansluiting van zgn. onrendabele gebieden op de waterleiding. Burgemeester en Wethouders schrijven in dit verband de Raad het volgende (bijlage 20). De heer Tolsma is blij met dit voorstel, dat volgens hem_een mogelijkheicT schept om daarop weer verder voort te bouwen. Spre- ker informeert of de kans hierop reeds nu aanwezig is. De Voorzitter antwoordt, dat de mogelijkheid daartoe minimaal klein is. Percelen, die niet op het urgentieplan voorkomen, kun- nen niet op de thans aangeboden gunstige voorwaarden aangesloten worden. De heer B.R. Dijkstra vindt het toch jammer, dat als er een paar panden buiten vallen, die graag aangesloten willen worden, deze de mogelijkheid daartoe onthouden wordt. De Voorzitter heeft met de Directeur van de N.V. Intercommu nale Waterleiding over deze aangelegenheid gesproken waarbij hem gebleken is, dat de aansluiting van zgn. onrendabele gebieden voor de I.W.G.L. louter een economische factor is. Het verzor- gingsgebied moet op zichzelf geen verlies opleveren, anders gaat men niet tôt uitvoering van het plan over. Maar, zegt spreker, voor de veehouderijen zit er eveneens_ een belangrijke economische factor aan vast, want de statistie- ken wijzen uit, dat de melkopbrengst dikwijls met sprongen voor- uit gaat. De practijk leert, dat de kosten er in betrekkelijk korte tijd weer uitgehaald kunnen worden. De heer de Vries wijst op de historié. Vroegerkon men de waterleiding voor niets krijgen, wanneer men tenminste niet al te ongunstig woonde. Velen hebben daarvan toen niet willen profiteren,die er nu spijt van hebben. Wij moeten daarom thans de waterleiding er geen verwijt van maken, dat zij niet overal het water kan leve- ren, waar men dat wenst, aldus spreker. De heer Zondervan vraagt of belanghebbenden_ook verplicht kunnen worden aan de totstandkoming van deze uitbreiding mede te werken. De Voorzitter beantwoordt deze vraag ontkennend. Er moet nog met de bewoners van de beide gebieden gepraat worden en spreker stelt zich wel voor met de meeste klem op het nut van de water leiding voor de betrokken streek te wijzen en dat de thans ge- boden gelegenheid met beide handen behoort te worden aangegrepen Zonder hoofdelijke stemming verenigt de Raad zich met het gedane voorstel. Hierna schorst de Voorzitter de openbare vergadering en gaat de Raad over in een zitting met gesloten deuren. Na heropening van de openbare vergadering komt in behandeling punt 12 hiervoren genoemd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1955 | | pagina 17