- 11 -
16. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om in beginsel een 1
garantie te verle'nen in het nadelig saldo van het Nood-Streek-
vervoer per trein.
Burgemeester en YYethouders doen terzake het volgende schrijven
aan de Raad toekomen (bijlage 23).
Mevr. Wiersma vraagt- of bij henadering ook gezegd kan worden
hoeveel de kosten zullen bedragen.
De Voorzitter deelt mede, -dat op een hijeenkomstdie hij
heeft meegemaaktmedegedeeld is, dat de kosten f 400.- per dag
bedragen in de richting Dokkum en f 300.- in de richting Tzum-
marum. Wil het vervoer rendabel kunnen zijn, dan moeten dus
voor f 700.- plaatsbewijzen worden verkocht. Er moet derhalve
afgewacht worden hoe groot deze aantallen op beide lijnen zul
len zijn. De verbinding wordt éénmaal per dag in beide richtin-
gen en terug onderhouden.
Mevr. Wiersma informeert hoe de kosten zullen worden verdeeld
over de gemeenten en andere belanghebbenden. Volgens haar mening
hebben de gemeenten die Hoordelijker liggen dan leeuwarderadeel
meer belang bij de verbinding.
De Voorzitter verklaart hierop geen positief antwoord te kun
nen geven. Opreker is van gevoelen, dat de kosten berekend zul
len worden naar gelang gebruik gemaakt is van de trein. Hij ver-
wacht, dat het aandeel van de gemeente niet heel groot zal be-
hoeven te zijn.
De heer Tolsma kan wel met het voorstel accoord gaan als het
aandeel in het nadelig saldo berekend wordt naar het belang dat
de gemeenten bij de dienst hebben.
De Voorzitter meent zich te herinneren, dat op de bijeenkomst
ten provinciehuize afgesproken is, dat rekening zou worden ge-
houden met het aantal verkochte plaatsbewijzen per gemeente.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad accoord met het
voorstel van Burgemeester en Wethouders.
17. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van de
gemeentebegroting, dienst 1955.
Het concept van deze wijziging heeft voor de leden ter inzage
gelegen.
De Voorzitter geeft een nadere toelichting op post volgno.
384a. Hij zegt contact te hebben opgenomen met de verenigingen,
die in de verschillende dorpen de herdenkingsfeesten zullen
trachten te organiseren. Daarin is evenwel niet een bepaalde
lijn te zien, waarom Burgemeester en Y/ethouders hebben gemeend
U te moeten voorstellen een bedrag per schoolkind ad f 1.- te
voteren opdat in elk geval een schoolfeest gehouden kan worden.
De heer Tolsma brengt nog in het midden,_dat het er in Stiens
aanvankelijk helemaal niet op leek, dat er ie"ts tôt stand sou
komen, doch er zijn thans tekenen, die erop wijzen, dat er wel
wat gaat gebeuren.
Mevr. Vifiersma vindt een bedrag van f 1.- per leerling te
we inig
De heer B.R. Di.jkstra vraagt hoe Burgemeester en Wethouders
denken te doen als er wel een dorpsfeest zal worden gehouden.
De Voorzitter zegt, dat er dan geen bezwaar tegen zal bestaan
als het geld aan de feestcommissie wordt afgedragen.
*1