-17783lf notulen Raad3 "dVI H u i z u m, 9 Maart 1955
Onderwerp;
Drinkwatervoorziening.
Onder dagtekening van 20 Januari j.l. ontvingen wij
van de N.V. Intercommunale Waterleiding G-ebied Leeuwarden mede-
delingen inzake de uitvoering van het Tienjarenplan_voor de aan-
sluiting van onrendabele waterleidinggebieden in Friesland met
Rijkssubsidie
Op het werkprogramma voor 1955 is voorshands geplaatst de
aanleg van waterleiding
1. onder Jelsum, langs de Dokkumer Ee tôt voorbij de Jelsumer-
vaart, waarbij 4 percelen aansluitbaar kunnen worden gemaakt,
t.w. in de gemeente Leeuwarderadeel 2 veehouderijen en een
kwekerij en in de gemeente Leeuwarden een woonhuis;
2. langs de Stienser Hogedijk vanaf Vrouwenparochie in zuidelijke
richting. Volgens dit plan kunnen aansluitbaar gemaakt worden
51 percelen, waaronder 18 landbouwbedrijven t.w. 14 in Leeu
warderadeel en 4 in het Bildt, 32 woningen, waarvan 31 in
Leeuwarderadeel en 1 in het Bildt, benevens 1 kwekerij m
Leeuwarderadeel
Zullen deze aansluitingen tôt stand komen, dan moet door de
betrokken gemeentebesturen een bijdrage ineens worden gestort
en wel voor het object onder sub 1 vermeld van f 1448.- en voor
dat bedoeld onder 2 van f 24762.-. Deze bijdrage ineens is de
contante waarde van het exploitatietekort over 35 jaren, ver-
minderd met de contante waarde van het rijkssubsidie over 53 ja
r0nBedoelde biidrage ineens maakt het dus mogelijk, dat de aan
sluitingen tôt stand komen, doch wil geenszins bij voorbaat zeg
gen, dat zij ook ten laste van de gemeenten behoort te
Het is allereerst een soort voor-financiering Jenh^5£eIg J ^orm
het WaterleidingbedrijfDe directie van deN.V. heeft deze vorm
van garantie gekozen om te voorkomen, dat JiO met aile eigenaren
van aansluitbare percelen zou moeten onder5anndel?n'-,^™rendl-
niet denkbeeldig is, dat een gemeente een deel of aile onrenda
bele kosten blijvend voor haar rekening wil nemen.
Voor ons is dit laatste niet mogelijk zonder de begrotings
nositie totaal te verstoren, doch wel hebben wij ons bezig Se
houden met de vraag of en, zo ja, in welke e ®en ^J^age ui
de scemeentekas in de voor rekening der aan te sluiten eigenaren
overblijvende kosten van resp. f 1448- en f 24762- verantwoord
is
Daar de objecten in drie gemeenten liggen zullen wij met onze
ambtgenoten in Leeuwarden en het Bildt overleg moeten piegen om-
trent de te volgen gedragslijn en dient als basis van de onder-
handelingen enigszins vast te staan welk deel van de onrendabele
kosten door de respectievelijke gemeenten zal worden opbebrach
Van de gemeentelijke bijdrage zal het voorts afhangen wat
eigenaren van de aan te sluiten percelen moeten betaien.
Teneinde dus in de gelegenheid te zijn de onderhandeling
die voor verwezenlijking van de plannen nodig^zijn, te kunnen
voeren» zullen wij gaarne zien, dat 0 een teginselbesluit "eemt
omtrent de hoegrootheid van een eventuele gemeenteli jke bijdrage
in de z.g.n. onrendabele kosten.
Aan
de R a a d.
s Bijlage nr. <£4}
