H u i z u m, 19 Januari 1956.
Overeenkomstig het bepaalde bij artikel 55
bis der Lager Onderwijswet 1920 moet de Raad jaarlijks
v66r 1 Maart het bedrag bepalen, dat per leerling voor de
scholen - onderscheidenlijk voor gewoon en voor uitgebreid
lager onderwijs - in dat jaar, beschikbaar vvordt gesteld
ter bestrijding van de kosten, bedoeld in artikel 55, onde
e tôt en met h en p, van voormelde wet, alsmede die van
ins tandhouding
Daarbij worden de kosten van het aanschaffen van school
boeken, leermiddelen en schoolbehoeften, bedoeld in arti
kel 55 onder f van meergenoemde wet alleen in aanmerking
genomen, indien de aanschaffing strekt tôt vervanging van
leer- en hulpmiddelen, die tengevolge van langdurig ge-
bruik niet meer gebruikt kunnen worden, of tôt aanvulling
van de voorraad van schoolbehoeften in verband met de ver-
mindering door verbruik.
Wij bieden U hierbij een concept-besluit ter vaststel-
ling aan.
Burgemeester en Wethouders van Beeuwarderadeel
De Secretaris,
Aan
de R a a d.