Artikel 16.
Verwijdering van een leerling bij
achterstallige betaling.
Heeft de voldoening van het verschuldigde schoolgeld niet
tijdig plaatsgevonden, dan doet de ontvanger der gemeente aan
burgemeester en wethouders een opgave toekomen van de namen van
leerlingen voor wie het verschuldigde schoolgeld niet is vol-
daan, zoveel mogelijk met vermelding van de reden. Burgemeester
en wethouders kunnen bepalen, dat deze leerlingen de toegang
tôt de school wordt ontzegd. Zij worden niet meer tôt de school
toegelaten, alvorens burgemeester en wethouders aan het hoofd
van de school hiervoor toestemming hebben verleend.
Artikel 17.
Afschrijving wegens onvermogen.
Indien de schoolgeldschuldige niet in staat is, anders dan
met buitengewoon bezwaar het schoolgeld of het voile schoolgeld
te betalen, kan het schoolgeld door burgemeester en wethouders
geheel of gedeeltelijk worden afgeschreven.
De afschrijving, bedoeld in het vorige lid wordt slechts
verleend op schriftelijk verzoek van de schoolgeldschuldige. Op
dit verzoek wordt niet beslist alvorens de ontvanger der ge
meente is gehoord.
Artikel 18.
Slotbepalingen.
Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening
schoolgeld kleuteronderwijs 1956".
Zij wordt geacht in werking te zijn getreden met ingang van
1 Januari 1956.
Aldus vastgesteld door de Raad voornoemd in zijn openbare
vergadering van
Voorzitter
Secretaris