Wethouder Diikstra is het met de heer Tolsma eens. Als er een verzoek komt van Handel en Ambacht, kan de Raad daarover beslissen. Er is onder de winkeliers ook een stroming, die net zeer op prijs stelt, dat er nu echt een regeling bestaat. Als het niet verplicht gesteld werd zou er licht een chaotische toestand ontstaan. Dan was er altijd een catégorie, die nimmer met vacantie kon gaan, want als de concurrent niet sloot, moest de ander noodgedwongen wel open blijven. Mevrouw Biilsma meent uit het adres gelezen te hebben, dat de ondertekenaars niet tegen een verplichte sluiting zijn maar dat zij meer soepelheid wensen bij bepaling van de tijdvakken waarin zij met vacantie wensen te gaan. De Voorzitter betoogt, dat Burgemeester en Wethouders ook vo6r de persoonlijke vrijheid van de winkeliers voelen, maar toen bleek, dat in onderling overleg geen behoorlijke regeling mogelijk was, hebben zij niet geschroomd aan het verlangen van een grotere groep gehoor te geven en zijn zij bij de Raad geko- men met het voorstel tôt invoering van een verplichte vacantie- sluiting. De heer Kalma voelt het als een groot bezwaar, dat al in Maart opgegeven moet worden wanneer men de zaak in de vacantie wil sluiten. Kan er nu geen modus gevonden worden, vraagt spre- ker, dat binnen het raam van de verordening Handel en Ambacht een regeling maakt waarbij aan de verlangens van de winkeliero wordt tegemoet gekomen. De heer P o e p .i e s meent te weten, dat het bestuur van Handel en Ambacht terzake wel actief is maar het heeft te doen met zeer tegenstrijdige verlangens. Het is nu eenmaal onmogelijk om het ieder naar de zin te maken. De heer B.R. Di.ikstra is van gevoelen, dat men het beste doet ieder zijn eigen boontjes maar te laten doppen. De Voorzitter oordeelt, dat dit niet gaat; de verordening is er en deze moet worden toegepast. De heer Soepboer zegt, dat er sprake is van een request. Is het een bezwaar, dat dit wordt voorgelezen. De Voorzitter zegt, dat het bij de stukken van dit agenda- punt ter inzage lag, maar spreker heeft er geen bezwaar tegen het voor te lezen en doet dat. Zonder verdere discussie verenigt de Raad zich met de con- clusies van het prae-advies. 15. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van de gemeentebegroting, dienst 1958. Het ontwerp van deze wijziging heeft voor de leden ter inzage gelegen. De Voorzitter wijst er op, dat hierin voorgesteld wordt de post verpleging van krankzinnigen met 10.000.- te verlagen, omdat de stand van de post dit zou toelaten. In verband evenwel met het gedane verzoek om verhoging van de uitkering uit het gemeentefonds komt het spreker beter voor de zaak niet mooier voor te stellen dan ze isDaarom wordt deze post afgevoerd van de voorgestelde wijziging. Zonder bespreking verenigt de Raad zich hiermede.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1959 | | pagina 19