- 12 - De Voorzitter zal eens informeren hoe dit vraagstuk in andere plaatsen opgelost is. Voor spreker is het echter de vraag of het doel niet voorbij geschoten wordt. Lang niet wat de woningen bij een bejaardencentrum betekenen, kan in de afzonderlijke dorpen aan de oudjes geboden worden. Dat dient wel heel ernstig onder ogen gezien te worden. Burgemeester en YYethouders zullen in de Raad met een nadere uiteenzetting komen. De heer Soepboer pleit voor de bouw van grotere woningen te Britsum. De Voorzitter merkt op, dat de wenselijkheid hiervan vol- doende tôt Burgemeester en Wethouders is doorgedrongen. Er is daarom destijds al eens onderzocht hoe hoog de huren van der- gelijke grote woningen zouden komen te liggen. Het bleek toen dat die veel te hoog waren voor de gezinnen voor wie die grotere woningen bestemd zouden zijn. De heer Soenboer wijst nog op een geval van recente datum. Een inwoner van Britsum, die men er graag had willen behouden en die er zelf ook liever had willen blijven is genoodzaakt ge- wpest naar elders te gaan. De man heeft een woning in Stiens kunnen krijgen. Verder zou de heer Soepboer graag willen weten 01 al maatre- gelen zijn genomen in verband met de roosters, die in het voet- pad naar Cornjum, het z.g.n. Stêdpaed, zullen worden aange bracht. Wat dit laatste betreft antwoordt de Voorzitter. dat aan de gemeente-architect opdracht is gegeven hierin te voorzien. De heer B.R. Di.ikstra vestigt de aandacht op het feit, dat van de beplantingen langs de wegen hier en daar bomen dood gaan. Er ontstaan dan kale plekken, die eigenlijk weer aangeplant zou den moeten worden. Wethouder Di.ikstra wijst er in dit verband op, dat aanplant nog niet heeft plaats gehad omdat het de vraag is of dit wel effect zou hebben. De bomen hebben n.l. zeer veel last van de zeewind en vooral jonge bomen kunnen soms maar heel slecht aan de gang komen. Als er nu tussen geplant wordt, doet zich het merkwaardige verschijnsel voor, dat de boompjes, die een paar jaar achteraan komen, nog veel gauwer dreigen af te sterven. De heer de Swart onderstreept dit, er op wijzende, dat bomen bij elkaar moeten staan willen ze in onze streken aan de gang komen en tôt groei geraken. De heer B.R. Di.ikstra vestigt de aandacht op de weg naar Oude-Leijespeciaal op het gedeelte van de spoorwegovergang tôt de buurtLangs de kant hiervan is een fundering gemaakt. Om te voorkomen, dat deze kapot gereden wordt, moet er z.i. een dek op worden aangebracht. Wanneer zal dat gebeuren? vraagt spreker. Wethouder Di.ikstra verondersteltdat het daarvoor eerst verder in de tijd moet zijn. De laag moet op een nieuwe funde ring worden aangebracht. De heer B.R. Di.ikstra vestigt er de aandacht op, dat als dit niet goed gebeurt het lapwerk blijft. Er moet meer aan gebeuren dan gaatjes vullen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1959 | | pagina 23