-11- 23. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van de gemeentebegroting, dienst 1959. Het ontwerp van deze wijziging heeft voor de leden bij de stukken ter inzage gelegen. Ter toelichting van de diverse posten schrijven Burgemeester en Wethouders het volgende (bijlage 25). Zonder bespreking verenigt de Raad zich hiermede en stelt het besluit vast overeenkomstig het aangeboden concèpt. 24. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het geven van namen aan de nieuwe straten in het westelijk uitbreidingsplan. Dit voorstel is van de volgende inhoud: bijlage 26. De Voorzitter herinnert er aan, dat in een vergadering van de Raad, enige tijd geleden, aan de leden gevraagd is hun ge- dachten eens te laten gaan en met suggesties of een idee te komen. Alleen van de heer Tolsma is een voorstel ingekomen. Het advies van het Toponymysk Wurkforbân fan 'e Pryske Akademy, dat kortgeleden - na lang wachten - werd ontvangen, ligt in het zelfde vlak. Burgemeester en Wethouders voelen er uiteindelijk ook wel voor om vogelnamen te kiezen. Ailes in aanmerking nemende komt hun dit het meest aanvaard- baar voor. De heer Tolsma heeft geen kritiek op het voorstel, omdat het overeenstemt met zijn eigen idee, maar er is daar een historische naam en die zou spreker liever niet verloren willen doen gaan n.l. de naam Bykelân. De Voorzitter vindt het moeilijk het verband te verbreken, maar het zou niet ondenkbaar zijn als twee straten in het plan genoemd werden naar personen, die zich voor de dorpsgemeenschap zeer verdienstelijk gemaakt hebben. Uit de burgerij zijn stemmen opgegaan, die er op wijzen, dat men er wel op gesteld zou zijn de namen van een paar doktoren, die zich gedurende een lange reeks van jaren aan het welzijn van de bevolking gewijd hebben, aan twee nieuwe straten te verbinden. De heer Tolsma wil er geen voorstel van maken, doch wil zijn idee graag in overweging geven. Wethouder Pijkstra vraagt: Waar is de naam Bykelânnen aan ontleend. Spreker zou het wel aardig vinden de naam op de een of andere wijze te verbinden aan de nieuwe school, die men zich hier voorstelt te bouwen. Wethouder Zondervan merkt op, dat de naam in verschillende dorpen voorkomt. De heer Tolsma zegt, dat hetgeen het volk er in de loop der jaren van gemaakt heeft, voor hem zwaarder weegt, dan historisch verantwoord is. De Voorzitter vraagt of de Raad in principe accoord gaat met het voorstel van Burgemeester en We-thouders. Het collège zal dit dan verder uitwerken. Wethouder Di.ikstra wijst er derhalve op, dat de Raad dus een p-rircipe—besluit neemt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1959 | | pagina 21