notul.n R«<H6Feb6l| H u i z u m, 13 Januan 1961.
Onderwerp:
ïïijziging kindertoelage
verordening
De Minister van Binnenlandse Zaken heeft er onze aan-
dacht op gevestigddat de bij Uw besluit van 22 September
1960 vastgestelde ïïitkeringsverordening voor deze gemeente,
niet voor een verklaring als bedoeld in artikel 4 lid 1
onder c der Werkloosheidswet in aanmerking komt, zolang in
de Kindertoelageverordening of in de onderhavige veror-
dening niet een bepaling is opgenomen, dat de gewezen
werknemerdie een uitkering geniet ingevolge de ïïitkerings
verordening aanspraak op kindertoelage heeft.
De Minister verzoekt de hiervoor nodige voorzienmg tôt
stand te doen brengen.
Wij hebben hiertegen geen bezwaar en geven U m over-
weging, de Kindertoelageverordening in de door de Minister
gewenste zin aan te vullen.
Tevens willen wij dan van deze gelegenheid gebruik
maken, om U voor te stellen, nog enkele wijzigingen m be-
doelde verordening aan te brengen van formele aard
In de Kindertoelageverordening worden namelijk nog aan-
gehaald het onde Ambtenarenreglement en het Arbeidsover-
eenkomstenbesln.it, die beiden op 1 September 1958 zijn
vervallen en toen vervangen door het AlgemeenAmbtenaren
reglement en de Arbeidsovereenkomstenverordening.
"zoals U wellicht bekend is, maakt de nienwe Arbeids-
overeenkomstenverordening onderscheid tussen de Z°S*
"vaste" arbeidscontractanten, die doorgaans worden be-
zoldigd volgens een ambtelijke loonschaal en daardoor onder
afdeling I vallen en de z.g. "losse" werklieden, waarmee
een arbeidsovereenkomst wordt aangegaan volgens de be-
palingen van de collectieve arbeidsovereenkomst of bindend.
vastgestelde regeling, geldende voor overeenko.istig
personeel in het particulière bedrijf. Deze laatste
catégorie valt onder afdeling II van de Arbeidsovereen-
komstenverordening.
De losse werklieden bij gemeentewerken staan watde
arbeidsvoorwaarden betreft, dus gelijk met een arbeider
in het particulière bedrijf.
Het ligt o.i. dan ook voor de hand, dat deze werklieden
hun kindertoelage ingevolge de Kinderbijslagwet van de
bedriifsvereniging dienen te ontvangen, en dat ziy met
onder de gemeentelijke Kindertoelageverordening behoren te
Daarom wordt in artikel I van het hierbijgaande concept-
besluit alleen afdeling I van de Arbeidsovereenkomsten-
verordening van toepassing verklaard.
Wij stellen U voor, het hiernevens gaande ontwerp tôt
besluit te verheffen.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel,
De Secretaris,
-2.08.742.3 I Bijlage nr. 28 1
