Onderwerp:
Wijziging brandweer-
H u i z u m, 13 Januari 1961
is de brand-
îheven.
'ordening be-
îeer van de
Lgd worden.
îsluit doen wij
1.
1 Leeuwarderadeel,
-1.784
Bijîage nr. 1
notulen Raadl6Peb'6l
vpm"rrl pni r\cr
Presentiegeld raadsleden en leden raadscommissies II I4"1
Artikel 64 der gemeentewet draagt de bepaling van het bedrag der ver-
goeding aan de raadsleden voor het bijwonen van de raadsvergaderingen
op aan Gedeputeerde Staten.
Blijkens het Koninklijk besluit van 9 mei 1955, nr 9 (O.B. 13906),
kunnen de leden van de gemeenteraad voor de waarneming van hun ambt
geen andere dan de hiervoor bedoelde vergoeding genieten. Voor een
aanvullende regeling terzake door de raad is dus geen plaats. Het ging in casu
om vergoeding aan raadsleden voor gederfd loon als gevolg van het bijwonen
van de raadsvergaderingen. Dit is dus niet geoorloofd.
Bij Koninklijk besluit van 28 september 1933 (Stb. 505), is beslist,
dat wethouders niet mogen worden uitgesloten van de vergoeding, aan raadsleden
toegekend wegens het bijwonen van raadsvergaderingen.
De presentiegelden voor de leden van de raadscommissiën worden
vaak aangehouden op de helft van het presentiegeld voor het bijwonen van
de raadsvergaderingen.
Recente normen, welke bij de beoordeling van het bedrag der onderhavige ver
goeding worden aangehouden.
Koordholland:
max. 10,voor gemeenten beneden 10.000 zielen
max. 13,voor gemeenten van 10.00019-999 zielen
max. 16,voor gemeenten van 20.00049-999 zielen
max./20,voor gemeenten van 30.000 zielen en meer
Zie de circulaire van 16/23 januari 1957, Afdeling 3A, nr 289 (O.B.
nr 15469, III.11).
i^uid-Holland:
in gemeenten beneden 3.000 inwoners
8,in gemeenten van 3.000 tôt 10.000 inwoners
10,in gemeenten van 10.000 tôt 20.000 inwoners
12,50 in gemeenten van 20.000 tôt 50.000 inwoners
15,in gemeenten boven 50.000 inwoners
Zie de circulaire van 29 juni/9 juli 1954, B. nr 26111 (derde afdeling)
G.S. nr 309 (O.B. nr 12312, III.11).
ls
Herdruk - 14© aanv. B E G R 15-1-'58