- 7 - De heer Soepboer"Op zich zelf is het feit, dat het gemeente- bestuur begint met de middenstand te passeren, al verkeerd." Dit is, volgens hem, zeer af te keuren. De Voorzitter stemt dat wel toe, maar geeft in overweging er nu niet op door te gaan voor er een advies van gemeentewerken is. Mevrouw Bi.jlsma vraagt of er al wat bekend is over de aanslui- ting van de waterleiding in de zgn. super-onrendabele gebieden. De Voorzitter antwoordt, dat hieromtrent officieel niets bekend is bij het gemeentebestuurmaar spreker kan wel iets mededelen van wat er in een van de laatste vergaderingen van de I.W.G.L. over deze aangelegenheid is gezegd. Spreker heeft daarbij een pleidooi gehouden voor aansluiting van deze gebieden, al zijn die dan super-onrendabel. Hij heeft daarbij een vergelijking getrokken met de Posterijen. Een brief wordt voor 12 cent overal bezorgd in het binnenland. Maar inder- daad ligt de zaak bij de waterleiding niet zo éénvoudig. Als bij aansluiting op het electriciteitsnet in een onrendabel gebied er één tussen ligt die niet wil meedoen, moeten de anderen zijn aan- deel in de aansluitingskosten voor hun rekening nemen en zullen zij dit later van die achterblijver hebben te ontvangen als hij naderhand tôt aansluiting overgaat. Een dergelijke tactiek volgt de Waterleiding niet. Er wordt in Den Haag aan een plan gedokterd waarbij extra bijdragen mogelijk zullen zijn voor die gedeelten van het platteland, die van waterleiding verstoken zijn. In af- wachting van de totstandkoming hiervan doet de I.W.G.L. liever geen aanbiedingen. Er is een tijd geleden nog getracht een gebied aan de Stienser Hogedijk in het waterleidingnet op te nemen, maar eigenlijk had die aanbieding niet gedaan mogen worden. Het wachten is op de nieuwe subsidie-regeling. Mevrouw Bi.jlsma vraagt of er dan geen druk kan worden uitgeoe- fend op die instanties, die hierover hebben te beslissen. De Voorzitter wil trachten het kaartje in handen te krijgen, waarop de aansluitbare super-onrendabele gebieden staan aangege- ven. Er is in de gehouden vergaderingen naar voren gekomen, dat die gemeenten het eerst behoorden te worden geholpenj die de oud- ste brieven hebben in de I.W.G.L. Daartoe behoort in de eerste plaats Leeuwarderadeel. Mevrouw Bijlsma kan niet nalaten met klem aan te dringen op voortvarendheidwant zij weet nu, na haar verhuizing, uit erva- ring wat het grote gemak van de waterleiding betekent en beseft thans des te sterker wat men mist als men hiervan verstoken is. Voorts dringt mevrouw Bi.jlsma er op aan aandacht te besteden aan de verharding rondom het "plantsoentje" in de kom van het dorp Jelsum. De heer de Swart vestigt er de aandacht op, dat niet in de re- gelen van de Bescherming Bevolking, die huis aan huis bezorgd zijn, staat waar men terecht kan als men wat wil weten van de zelfbescherming. De Voorzitter verondersteltdat als er een dreigende toestand zal ontstaan, men zich wel tôt de Burgemeesters zal gaan wenden. Maar onderwijl is het de bedoeling, dat zijn plaatsvervanger in B.B. aangelegenheden een cursus volgt en deze is voornemens op bijeenkomsten de bevolking voor te lichten hoe met beperkte midde- len een maximum aan effect bereikt kan worden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1961 | | pagina 13