- 4 - De Voorzitter heeft de indruk, dat dit van de Directeur van ae^ dienst afhangt. De ervaring, die tôt nu toe is opgedaan, is gunstig. De heer van der Ploeg vraagt: krijgen we nu niet, dat langer gewacht moet worden eer de keurmeester komt keuren. De Voorzitter durft wel haast de verzekering geven, dat dit niet zal gebeuren. Als het erg druk is krijgt de keurmeester hulp. Ben tijdje geleden heeft de heer de Vries zich al uitgelaten, dat de keurmeester waarschijnlijk minder werk zal krijgen. In elk ge- val heeft hij niet veel invoer-keuringen meer. Voorts verwacht spreker, dat de slagers er steeds meer toe zullen overgaan in het abattoir te Leeuwarden te slachten. Het gebruik van de koelcel daar wordc aantrekkelijk gemaakt door de geringe vergoeding, die hier- voor wordt geheven. Zonder hoofdelijke stemming verenigt de Raad zich met het ge- dane voorstel en stelt het besluit vast overeenk*mstig bijlage 2. Hierna deelt de Voorzitter mede, dat als gevolg van het thans genomen besluit de bestaande gemeenschappelijke regeling tussen het Bildt en Leeuwarderadeel dient te worden ingetrokken, want deze regeling vervalt niet automatisch. Zonder bespreking en hoofdelijke stemming stelt de Raad het be sluit vast, dat als bijlage 3 aan deze notulen is gehecht. 3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt vaststelling van een nieuwe verordening op de Vleeskeuringsdienst Het hiertoe betrekkelijke voorstel is als bijlage 1 bij punt 2 van de agenda gevoegd. De heer Soenboer vraagt, of bij een stringente toepassing van artikel 8 het niet kan gebeuren, dat vlees te lang blijft hangen of dat de keuring van een slachtdier te lang onderweg is. De Voorzitter erkent, dat dit gevaar er in schuilt. De wette- lijke eisen, waaraan slachtdieren en vlees moeten voldoen, zijn verzwaard. Vlees, dat in het vervolg bij noodslachtingen gekeurd moet worden zal voortaan een dag langer kunnen blijven hangen. Daar is nu aile kans voor. Deze zaak komt binnenkort nog weer ter sprake als de noodslachtplaats verbeterd moet worden. Daarover hoopt spreker binnenkort mededelingen te kunnen doen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen en vastgesteld wordt het navolgende besluit (zie bijlage 4). 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt vaststelling van een nieuwe verordening op de heffing en invordering van keurlonen. Dit voorstel is van de volgende inhoud (bijlage 5) De heer B.R. Di.ikstra merkt op, dat sommige bedragen erg ver uit elkaar liggen als men de oude en nieuwe tarieven met elkaar vergelijkt. Bij andere is dat weer niet het geval b.v. bij een licht varken en een big. Is daar een bepaalde reden voor geweest, vraagt spreker. De Voorzitter antwoordt, dat het niet de opzet is geweest aile keurlonen met een bepaald percentage te varhogen, maar spreker kan ook niet zeggen waarom de cijfers zijn aangenomen, die in de con- cept-verordening zijn verwerkt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1961 | | pagina 7