-5- Hoofdstuk VII. Algemene bepalingen. Artikel 18. De directie is niet verplicht percelen aan te sluiten, welke met hun erven niet gelegen zijn aan de openbare weg waarin een hoofdleiding aanwezig is,of welke zodanig gelegen zijn, dat aansluiting bovenmatige kosten zou veroorzaken. Artikel 19. De Gemeente is tôt generlei vergoeding of schadeloosstel- ling gehouden, indien de levering van gas, door welke oor- zaak ook, mocht worden belemmerd of verhinderd of indien door de leidingen, meters of toestellen enige schade mocht ontstaan. Artikel 20. a. Door ondertekening van het formulier als bedoeld in arti kel 2, verlenen de eigenaar van het perceel en de aan- vrager toestemming aan het bedrijf tôt het aanbrengen, onderhouden en wegnemen van toevoerleidingen en binnen- leidingen en voorts tôt al datgene hetwelk noodzakelijk is voor een richtige gaslevering. b. De eigenaar verbindt zich bij overdracht van eigendom van het perceel de opvolgende eigenaar te verplichten tôt het gedogen van gasleidingen, meters e.d. en de onder a ver- melde bevoegdheden van het bedrijf. Artikel 21 Aile geschillen, uit de toepassing dezer voorschriften voortrloeiendestaan ter beslissing van burgemeester en wethouders Artikel 22. In bijzondere gevallen, ter beoordeling van burgemeester en wethouders kunnen afwijkingen van deze verordening worden toegestaan. Artikel 23. Iedere gasverbruiker ontvangt op aanvrage, tegen betaling der kosten, een exemplaar van deze verordening. Artikel 24. Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 Dovember 1961. Aldus vastgesteld door de Raad voornoemd in zijn openbare vergadering van Voorzitter Secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1961 | | pagina 85