- 4 - 3. Verzoek van het hoofd der openbare lagere school te Corn- jum om een crediet voor de inriehting van de nieuwe school. Dit voorstel luidt aldus: (bijlage 1). Mevrouw Bijlsma is het in het voorstel opgevallen, dat van het aangevraagde bedrag door Burgemeester en Wethouders f 750,wordt afgetrokken, terwijl de Inspecteur van het Lager Onderwijs geadviseerd had het gevraagde crediet toe te staan. De Voorzitter antwoordt, dat de aanvraag is bezien aan de hand van de aantallen leerlingen. Er werd van ailes 20 stuks gevraagdterwijl er lang geen 20 leerlingen in aile klassen zitten. Het kwam spreker dan ook verstandiger voor er met het hoofd over te gaan praten. Het thans uitgetrokken bedrag komt de heer Zantema wel aanvaardbaar voor en het lijkt spreker zo toe, dat dit ruimschoots voldoende is. Er was eerst een an- der verzoek. Het bedrag daarvan was veel te hoog. De Inspec teur is daarop gaan besnoeien. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 4. Verzoek van het bestuur van de Woningstichting Leeuwarden- Leeuwarderadeel om haar te verkopen een perceel bouwterrein te Stiens. Dit voorstel is van de volgende inhoud(bijlage 2). De Voorzitter deelt mede, dat de definitieve aankoop van dit terrein nog niet geheel in kannen en kruiken is. De Notaris is wel al klaar met het opmaken van de koopakte, maar het gaat nog om een voorwaarde, die niet in het raadsbesluit is opgenomen en achteraf door één van de verkopers is gesteld, n.l, om een strook grond achter de woningen aan de Pyter Jur- jensstrjitte, welke grond behoorde aan de andere verkoper, aan hem over te dragen voor zover de gemeente daar geen be- lang bij zou hebben. De man wil de akte niet tekenen als deze bepaling er niet in opgenomen wordt. De heer Soepboer vraagt of hi j de grond dan wel krijgt. De Voorzitter antwoordt, dat er geen bezwaar tegen is voor zôver~ de gemeente er geen bestemming voor heeft. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen en vastgesteld wordt het besluit, dat als bijlage 3 aan deze notulen is gehecht. 5. Verzoek van het Ontwikkelingsschap "De Kleibouwstreek" om deelneming in het maatschappelijk kapitaal van een in te stel- len ontwikkelingsfonds voor de tuinbouw. Burgemeester en Wethouders zenden de Raad dit verzoek met het volgende prae-advies (bijlage 4). De heer fplsma toont zich wel ingenomen met dit voorstel. Alleen is het voor spreker de vraag, heeft het straks rende ment; ook voor onze gemeente. Of moeten wij het zo zien: "Wij zitten nu eenrnaal met de Kleibouwstreek en dus doen wij er aan mee"? Is er kansdat tuinbouwbedrijven tôt stand ko- men en dat ook de tuinbouw in eigen gemeente daarin deel kan hebben. Ten tweede is het voor spreker de vraag of het niet nodig is, dat wij een stichting in de eigen gemeente in het leven roepen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1962 | | pagina 7