De Voorzitter is van oordeel, dat, ongeacht persoonlijke
belangen, dit toch doorgezet moet worden. Spreker weet, dat
zaken-mensen er ook wel belang big hebben, dat aan het verkeer
door Stiens geen belemmeringen in de weg worden gelegd. Maar
aan de andere kant, zign ze allerminst gesteld op de hinder,
die de bromfietserswaar het hier om gaat, veroorzaken.
De heer de Swart weet uit ervaring, dat het verbod wel op
prigs wordt gesteld door serieuze mensen.
De heer B.R. Di.jkstra merkt op, dat aile fatsoen weg schijnt
te wezen big sommige jongelui uit overigens wel nette gezinnen.
Men ervaart dit op velerlei terrein.
De heer Tolsma vraagt of er wel eens met de exploitant van
de zaak, die het middelpunt van de ontaarding vormt, gesproken
is over het nemen van bepaalde maatregelen.
De Voorzitter antwoordt, dat deze er ailes van af weet.
De heer Tolsma doet het idee aan de hand omde exploitant
van de cafétaria aan de bezoekers een circulaire te doen uit-
reiken. Spreker vraagt verder: "is het nu wel dadeligk nood-
zakeligk om het verbod op aile werkdagen te doen gelden?".
Volgens hem is de overlast het grootst op zondagen. Hig wil
daarom big de toepassing van het verbod wat soepel zign en
doet het voorstel te beginnen met invoering van het verbod op
zondagavonden, met het dreigement dat, als dit niet helpt,
tôt volledige invoering zal worden overgegaan.
De Voorzitter kan hier wel voor voelen.
De heer B.R. Digkstra zou een bekendmaking in die zin willen
uitvaardigen.
De heer Tolsma; néon; met de man praten en dan, als zulks
geen resultaaif he'eftandere maatregelen nemen.
De heer Poep.jes verklaart big herhaling, dat hig tegen
invoering van verbodsbepalingen isSpreker doet een beroep op
de Raad om er voor open te staan de geugd op een andere ma
nier op te vangen.
Zonder hoofdeligke stemming neemt de Raad het gewigzigde
voorstel aan en stelt het besluit vast, dat als biglage 14
aan deze notulen is gehecht.
12, Verzoek van de Woningstichting "leeuwarden-leeuwarderadeel"
om een grond- en een bouwvoorschot ten behoeve van de bouw van
zes woningwetwoningen.
Burgemeester en Wethouders zenden de Raad dit verzoek met
het volgende prae-advies (zie biglage 15). y
Voorzitter zegt, dat de omzetting van de woningwetwoningen
in prQmi'ewo-ningQn de zaak voor ons alleen maar beter maakt,
want nu kan met een lagere huur volstaan worden.
Zonder verdere bespreking wordt het voorstel aangenomen en
zonder hoofdeligke stemming stelt de Raad het besluit vast
overeenkomstig bijlage 16.
13, Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van
de gemeente-begroting, dienst 1962.