- 3 -
a. de bijdragen worden terugbetaald overeenkomstig hetgeen te
dien aanzien is bepaald in artikel 29 van het Woningbe-
sluit, behoudens het bepaalde in artikel 24c, derde lid,
van dat besluit;
b. indien de voorschotten, of de onafgeloste gedeelten daar-
van, worden opgevorderd krachtens artikel 19, letter b,
van het Woningbesluitzullen de bijdragen, tôt welker be-
taling de gemeente zich nog in de toekomst verbonden had,
niet meer zijn verschuldigd
c. er wordt krachtens artikel 24c van het Woningbesluit een
reserve gevormd tôt dekking van het aan de exploitatie der
woningen verbonden risico, ten aanzien van welke reserve
de instelling, indien zij daartoe bij nader besluit wordt
verplicht, voor 3ivan de jaarhuur zal deelnemen in de
gemeentelijke stortingen, terwijl zij zich overigens met
betrekking tôt deze reserve moet gedragen naar hetgeen te
dezen aanzien in de Beschikking bijdragen woningwetbouw
1950 is bepaald.
B. Uit 's rijks kas aan te vragen en te aanvaarden:
1e een zo hoog mogelijk grondvoorschot
2e een zo hcog mogelijk bouwvoorschot
3e een zo hoog mogelijke jaarlijkse bijdrage in de ongedekte
jaarlijkse kosten voortspruitende uit de normale exploita
tie van bovehbedoelde woningen.
Aldus vastgesteld door de Raad voornoemd in zijn openbare
vergadering van
Voorzitter
Secretaris