-11-
De heer van der Ploeg kan zich voorstellen, dat er op de
wijze van vërvoer van de slachtdieren momenteel veel valt aan
te merken. Als de noodslachtplaats te Stiens gehandhaafd zou
worden, dan moet er aan de organisatie van de ophaaldienst veel
verbeterd worden.
De heer Nijdam is het eens met Mevr. Bijlsma, dat aie het
kleingoed "weg*" wordt hier een groot gevaar in schuilt voor
de volksgezondheid
De Voorzitter wijst er op dat - stel dat de Raad het voor-
stel van Bur'gemeester en Wethouders verwerpt - verschillende
dingen niet langer meer zo kunnen gaan als nu gebeurt. Dan
kan wel eens blijken, dat er niet zo heel veel verschil over-
blijft in vergelijking met de toestand, die wij zouden krij-
gen als wij bij Leeuwarden kwamen. Een tweede factor is deze:
als het zo ver is, dat de noodslachtplaats opgeheven wordt
dan zullen er ook wel mogelijkheden gevonden worden, waar-
door de bezwaren, die er nu in gezien worden, van de baan
raken. Spreker is er stellig van overtuigd, dat men hier
bedorven is als gevolg van de simpele manier waarop de zaken
hier gedraaid hebben, Als men echter een belangrijke achter-
uitgang vreestmoet men zich wel realiseren wat men doet.
De heer Soepboer vraagt: "Er is dus nog geen overleg ge-
weest, waarbij gevraagd is hoe zal het worden als de nood-
slachtingen in de gemeente blijven?".
De Voorzitter antwoordt met de wedervraag; "Is dit niet
een denkbeeTdig verschil, als er een nieuwe koelkast wordt
aangeschaft?"
De heer Ni,jdam vindt, dat de kosten uiteindelijk niet zo'n
groot gewicht in de schaal leggen. Het zwembad te Stiens gaat
de gemeente straks f 8000,kosten en de inrichting van de
noodslachtplaats gaat f 870,meer kosten dan thansgelooft
spreker
De Voorzitter zegt, dat het moeilijk is te praten over
dingen w"aar men ongelijk tegenover staat.
Als dit voorstel wordt verworpen, eist de consequentie
dat de dienst perfect georganiseerd wordt.
De Voorzitter sluit hierna de discussies en brengt het
voorsteT Van*Burgemeester en Ytethouders in stemming.
De uitslag hiervan is, dat het wordt aangenomen met 7
tegen 4 stemmen. V6c5r stemden mevrouw Stolte en de heren B.R.
Dijkstra, Terpstra, Poepjes, F.Th. Dijkstra, Zondervan en
van der Ploeg,terwijl zich tegen verklaarden mevrouw Bijlsma
en de heren de Swart, Soepboer en Nijdam.
Daarna wordt het besluit vastgesteld volgens bijlage 18,
14. Verzoek van het bestuur van de Stichting Borgstellings-
fonds voor Priesland tôt garantie van eventuele nadelige ex—
ploitatie-saldi voor de période 1963 t/m 1967.
Burgemeester en Wethouders zenden de Raad dit verzoek toe,
vergezelâ van het n&volgende prae—advies ("bijl&ss 19)*
Het wordt zonder bespreking en hoofdelijke stemming aan
genomen.
