-2.08.741 H u i z u m, 18 October 1962. Onderwerp: Bezoldiging Hoofd Sociale Zaken. Van het Hoofd van de gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken is een verzoek ontvangen om zijn functie te herwaar- deren en deze te bezoldigen volgens de normen van hoofdcom- mies ter secretarie. De bezoldiging van het vorig Hoofd van deze dienst, B.J. de Vries, lag tussen die van Commies A en Hoofdcommies in. Het heeft destijds heel wat moeite gekost om deze bezoldi ging in de tussenliggende schaal te krijgen omdat de Minis- ter van Binnenlandse Zaken hier aanvankelijk niet van wilde weten. Persoonlijk contact tussen Den Haag en Uw toenmalige Voorzitter heeft de Minister van standpunt doen veranderen, doch slechts in het onderhavige spéciale geval. Toen er een vacature van Hoofd van de dienst ontstond zijn sollicita-nten opgeroepen voor deze functie, waaraan wij een salarisnorm wensten te zien verbonden - in afwachting van nadere besluiten van de Raad - gelijk aan die van com mies ter secretarie. Voor dit salaris bleken genoeg solli- citanten de betrekking te animeren. De tegenwoordige functionaris is op deze bezoldiging be- noemdzij het met toekenning van 3 periodieke verhogingen. Dientengevolge zal belanghebbende op 1 November a.s. het maximum van de schaal hebben bereikt. Het heeft voor ons collège een punt van ernstige over- weging uitgemaakt of wij het verzoek met een gunstig ad- vies aan de Raad zouden doorzenden, vooraf het bestuur van de gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken gehoord. Ha rijp beraad zijn wij evenwel tôt de overtuiging geko- men, dat er geen wijziging dient te worden gebracht in de huidige salarisschaal. Een vergelijking met overeenkomstige functies in gelijk- soortige gemeenten sterkt ons in deze overtuiging. Wij hebben ons bij de bepaling van dit standpunt volko- men losgemaakt van de persoon van de Boerdie wat zijn kwa- liteiten betreft boven ailes uitsteekt. Rekening houdende met het tegenwoordige peil van zijn ontwikkeling en gelet^ op de richting van zijn verdere studie, kan met stelligheid verwacht worden, dat belanghebbende in zijn huidige functie niet zijn eindbestemming heeft gevonden. Mocht de Boer de gemeente gaan verlaten om elders een beter bezoldigde be- trekking te vervullen, dan wensen wij niet geconfronteerd te worden met het feit een te hoge marge te hebben gesteld voor de werkzaamhedendie aan de taak van het hoofd van de Dienst zijn opgedragen. Daarom achten wij in algemene zin herwaardering van de functie op dit ogenblik irraëèl. Om evenwel onze waardering voor de wijze waarop de tegen woordige ambtenaar zijn taak uitoefent te kunnen uitdrukken hebben wij gemecnd hem een gratificatie te moeten toekennen. A A H d_ eR a_ a_ _d.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1962 | | pagina 61