- 17 - De heer Soepboer heeft gesuggereerd meer publieke belang- stelling te wekken voor zaken van de gemeente. Het zal hem misschien deugd doen te vernemen dat juist in de laatste tijd besprekingen worden gevoerd met vooraanstaande personen hier- over, aldus spreker. Daarop zal te zijner tijd nog wel eens worden teruggekomenMisschien liggen er voor "De Boppeslach" in die richting ook nog kansen. Aan het adres van de heer Tolsma antwoordt spreker dat de Spoorbuurt een particulière aangelegenheid betreft. In de vorige vergadering van Burgemeester en Wethouders hebben deze een onderhoud gehad met de eigenaar van de meeste woningen. Deze toonde zich wel bereid om in overleg met de andere eige- naren een plan uit te werken voor verbetering van de toestand in de Spoorbuurt en aan de Burmaniaweg. Wat de samenwerking met de Stichting "De Drie Gemeenten" aangaat kan de Voorzitter nog geen positieve mededelingen doen. Wel is met het bestuur van die Stichting contact opge- nomen om de conditie te vernemen op basis waarvan voor onze gemeente aansluiting mogelijk is. Als Burgemeester en Wethou ders te zijner tijd met plannen op tafel kunnen komen zullen nadere mededelingen worden gedaan. Plaatselijk Belang te Oude Leije heeft ons nog niet benaderd over de aansluiting^ van het deel van Oude Leije, dat in Ferwerderadeel ligt, bij onze gemeente, aldus de Voorzitter, maar als er van de zijde van Plaatselijk Belang enigerlei initiatief wordt ondernomen moet die Vereniging zich maar tôt het gemeentebestuur wenden. Wethouder Di.ikstra wijst er op, dat de zaak van de riole- ring te Hijum niet aileen aan de haven vast zit. Het gehele rioolstelsel van Hijum zal onder handen genomen moeten worden, wil men een bevredigende oplossing krijgen. Dit komt voorna- melijk door het hoogteverschil in dat dorp. De heer B.R. Di.jkstra zegt, dat de annexatie-pogingen te Oude Leije al van 1951 dateren. Door het overlijden van één der bestuursleden is er in de actie enige stagnatie ontstaan. Maar nu is de zaak weer op gang gekomen. De commissie zal zich tôt het gemeentebestuur wenden. Spreker heeft dezelfde gedachte als de Voorzitter. Er dienen plaatselijk pogingen te worden aangewend om iets te doen. De vraag moet onderzocht worden wat kan er gebeuren, wat is mogelijk in samenwerking met het gemeentebestuur. De bevolking meent vaak, dat het ge meentebestuur niet actief genoeg is. Mevrouw Bijlsma merkt op, dat met betrekking tôt de bouw van woningen de Voorzitter de raad heeft gegeven met de Vere- nigingen voor Plaatselijk Belang en de aannemers te gaan pra— ten, maar Burgemeester en Wethouders moeten pogingen doen om bouwterrein in bezit te krijgen. De Voorzitter geeft toe, dat men aan een uitbreidingsplan nog niet zô veel heeft, wanneer men niet over het benodigde bouwterrein beschikt. Met Cornjum schiet dat wel aardig in de goede richting. Wij moeten nog even wachten op de goedkeuring van het plan voor Jelsum. Mocht er een concrète aanvraag bin- nen komen voor de bouw van woningen te Jelsum, dan kan daar altijd vergunning voor worden verleend met toepassing van artikel 20 van de Wederopbouwwet Mevrouw Bi.jlsma vraagt, wanneer de gemeente de beschikking over bouwterrein krijgt, of er dan woningwetwoningen en/o premiewoningen gebouwd kunnen worden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1963 | | pagina 33