- 21 -
De Voorzitter rectificeert het antwoord dat in dit geval
moet luiden; De meerderheid van Burgemeester en Wethouders
staat op het standpunt dat het verzoek moet worden afgewezen,
terwijl de minderheid voor toekenning van een bijdrage is.
De heer B.R. Dijkstra zegt, dat het standpunt van zijn
fractie in dezen ook als hekend mag worden verondersteld
Volgno14-1. Vergoeding voor gebruik van schoollokalen.
Mevrouw Stolte vraagt, of wijziging van de tarieven al
onder ogen is gezien.
De Voorzitter antwoordt, dat hierover terloops al is ge-
sproken^ maar dat er nog geen definitief voorstel uit gegroeid
is. Bij wijziging van de hegroting voor 1964 zal aan deze
post aandacht worden hesteed.
De heer Poepjes vraagt of de verhuizing van de O.L.School
te Stiens inderdaa'd ook zal plaats hebben op de datum, die
daarvoor aanvankelijk was bepaald.
De Voorzitter verklaart, dat de verhuizing in de kerstva-
cantie~zal"pTaats hebben en dat de school op 7 Januari a.s.
in gebruik wordt genomen ongeacht of het gymnastieklokaal
dan al of niet klaar is. Er wordt getracht laatstbedoeld
lokaal spoedig gereed te krijgen.
De heer Poep.jes heeft stemmen beluisterd waaruit ongerust-
heid spreekt over het gebruik van het oude gymnastieklokaal
met het oog op de verwarming.
De Voorzitter licht toe, dat het met het oog op de kosten
haast orîTÔënTTJk is het lokaal te blijven verwarmen voor een
paar verenigingen.
De Voorzitter deelt voorts mede,dat het ûe^bedoeling^is
de werklieden van weekloon op maandloon te stellen. aar oe
wordt een overbruggingstoelage gelijk aan een halve maan
loon, uitgekeerd. Een en ander komt tôt uitaruiking in h
bij de begroting overgelegd concept-wijzigingsbesluit.
De heer Niidam zegt, dat het bij P.T.T. z6 opgelost is,
dat een maand salaris als voorschot is verleend, dat m
perioden inverdiend moest worden.
De heer de Swart veronderstelt dat dit wel een belangrijke
vereenvoudiging in de administratie zal geven.
De Voorzitter bevestigt dat, maar zegt, dat het niet zo-
veel gewicht in de schaal legt dat er een ambtenaar door zal
kunnen afvloeien.
Zonder hoofdelijke stemming stelt de Raad de begroting
voor het dienstjaar 1964 vast met de volgende balansen:
Gewone dienst: Totaal der inkomsten f 2.280.142,99
Totaal der uitgaven 2.280.142,99
Saldo nihil
KapitaaldienstTotaal der uitgaven f 6.643.740,59
To-fcaai der inkomsten 11 5 51 1 043 ,_2J_
Nadelig saldo f 1.132.695,38