-1.778.532.1
De Raad der gemeente LEEUWARDERADEEL
Gezien het verzoek van het bestuur van de Woningstichting
"Leeuwarden-Leeuwarderadeel"gevestigd te Leeuwarden d.d.14
October 1964, bij Koninklijk Besluit van 10 Maart 1914,
no. 17, toegelaten als instelling, uitsluitend in het be-
lang van de verbetering der volkshuisvesting werkzaam, om:
a. voorschotten uit de gemeentekas voor de bouw van twaalf
woningwetwoningen te Stiens
b. bijdragen in de ongedekte jaarlijkse kosten, voortsprui-
tende uit de exploitatie van deze woningen;
G-ehoord het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
heden;
Overwegende, dat aan woningen, als genoemde instelling
zich voorstelt te bouwen, in de gemeente inderdaad grote
behoefte bestaat en dat binnen afzienbare tijd niet is te
verwachten, dat van particulière zijde in deze behoefte zal
worden voorzien;
Gelet op de artikelen 52 en 56 van de Woningwet, op het
Woningbesluit en op de Beschikking bijdragen woningwetbouw
1950;
Besluit
A. Onder voorbehoud van toezegging van de door de gemeente
van het Rijk te vragen geldelijke steun:
I. Aan bovenvermelde instelling tegen een rente, die de ge
meente voor het onderhavige doel aan het Rijk moet beta-
len, welke rente voorshands 4per jaar bedraagt, een
tweetal voorschotten uit de gemeentekas te verstrekken
voor de financiering van de stichting van twaalf woning
wetwoningen te Stiens, t.w.
1e. een grondvoorschot van ten hoogste vierendertig duizend
zevenhonderd tweeenzeventig gulden 34.772,
2e. voor de bouw van bovenbedoelde woningen een bouwvoor-
schot van ten hoogste tweehonderd tweeendertigduizend
tweehonderd drieentachtig gulden 232.283,
zulks onder de volgende voorwaarden:
a. voor rente en aflossing van het grondvoorschot en het
bouwvoorschotmoeten door de instelling aan de gemeente
jaarlijks gedurende 75 respectievelijk 50 jaren annui-
teiten worden voldaan, groot 4,223$ respectievelijk
4,656$ van de werkelijk verleende voorschotten, hier-
voor genoemd onder I sub 1e en 2e;
b. de annuîteiten onder a bedoeld, zullen voor de eerste
maal vervallen op de dagen, nader door Burgemeester en
Wethouders te bepalen, in verband met het tijdstip of de
tijdstippen, waarop de voorschotten zullen zijn uitbe-
taald