- 11 - De Voorzitter heeft uit de reactie van de hr. Dijkstra opgemaakt, dat hij nu wël de overtuiging heeft dat de zaak niet beter kon zijn aangepakt dan geschied is en spreker wijst dan ook elke verdenking van discriminatie resoluut van de hand. Het geval, waar hier over gepraat wordt, was ook wel bij anderen dan inwoners van Oude Leije bekend en toen spreker hierover met een deskundige gepraat heeft en diens advies vroeg om - zo mogelijk - maatregelen te kunnen nemen, was diens eerste reactie de vraag: "is het nu al zo ver in Nederland dat men niet eens meer het recht heeft om te vervuilen?" En daar- in had de man in zeker opzicht gelijk! Als het dorp al zegt: moet dat nu zo, dan behoeft dat voor de overheid nog geen reden te zijn om zich er aanstonds mee te bemoeien. Natuurlijk kan er een moment komen dat ingegrepen moet worden. Spreker heeft zich er ten zeerste over verbaasd, dat aan de ene kant gezegd is: "de man moet hier weg" en dat, toen dit in feite gebeurd was, daartegen geprotesteerd werd met de mededeling: "hij moet hier maar weer heen". Heel veel mensen menen altijd, dat zij er van ailes van af weten. Doch èn door het gemeentebestuur èn door het bestuur van de Dienst voor Sociale Zaken is al het mogelijke gedaan om de zaak tôt een goede oplossing te brengen. De heer B._R. Pijkstra zegt hier herhaalde malen een gesprek over te hebben gehacTmet R^ cTe Boer, Directeur van Sociale Zaken. Spreker wil zich evenmin laten beînvloeden door deze en geneMaar uit een gesprek met de Boer heeft hij opgemaakt, dat er in het Pyter Jurjenshôf voor deze man geen plaats was. De Voorzitter gelooft, dat de hr. Tolsma de indruk kreeg dat de hr. Dijkstra het geval had willen uitdiepen in een besloten zitting. Het bestuur van de Dienst heeft moeten zeggen, dat er in het Tehuis te Stiens voorlopig voor hem geen plaats was, gezien de andere, dringender, aanvragen, maar heeft wel kans gezien om hem elders ge- plaatst te krijgen. Er is ook gesuggereerd om hem in een psychia- trische inrichting te doen verplegen, doch spreker heeft gezegd, dat hij daarvoor paste. Alleen het bestuur van de Dienst zal, na advies van de medische adviseur, beoordelen of ailes in orde is. Hierna wordt de discussie over deze zaak gesloten en gaat de Raad over tôt de artikels-gewijze behandeling van de begroting aan de hand van eerder genoemd verslag van de Commissie van Rapporteurs. Volgno. 175. Vergoeding voor het gebruik van het gemeentelijk sportterrein. Mevrouw Stolte vraagt ook voor de kleinere sportterreinen de mogelijkheid te bezien om daaraan van gemeentewege wat te doen. De Voorzitter zegt toe, dat Burgemeester en Wethouders de be- lofte, neergelegd in de memorie van antwoord, gestand zullen doen. Volgno. 223. Opbrengst gasverkoop. Mevrouw Bijlsma merkt op, dat over het houden van een enquête naar de wenselijkheid van gasaansluitingen in de dorpen Jelsum en Cornjum al sinds een maand of drie is gesproken en dat men daarmede ook reeds bezig is. De Voorzitter zegt dat dit niet hindert. Als er een kans is om het te krijgen valt nog te bezien want er is een lange hogedruk- leiding voor nodig en bovendien een ontvangstation. Voor Britsum lijkt het binnen afzienbare tijd een haalbare zaak te kunnen worden omdat Britsum vrijwel zeker aangesloten zal kunnen worden op het ontvangstation Stiens. Maar voor Jelsum - Cornjum ligt dat moei- lijker. Daar moet altijd een ontvangstation zijn. Voor Hijum en Oude Leije is het vrijwel absoluut onmogelijk. De heer Vegter zal er echter nog over rapporteren.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1964 | | pagina 21