4<> Indien het bedrag van het weduwenpensioen, bedoeld in het tweede lid, dan wel
het hoogste bedrag, waarop dat pensioen, berekend naar de maximaal in aanmer-
king komende diensttijd, kan worden toegekend, meer bedraagt dan het grensbe
drag, treedt dat hogere bedrag voor de toepassing van het eerste lid m e
plaats van het grensbedrag.
5. Het bepaalde in de voorgaande leden is van overeenkomstige toepassing ten
aanzien van het wezenpensioen, met dien verstande, dat m plaats van 13.2bf,~
wordt gelezen ten aanzien van een kind, als bedoeld in artikel 26, eerste lid,
onder a, f 2654,en ten aanzien van een kind, als bedoeld onder b van dat
6. Het bepaalde in het vijfde lid van artikel 10 vindt overeenkomstige toepassing.
Artikel 29.
Het weduwen- en wezenpensioen gaat in met de dag, volgende op die van het over-
lijden van hem, aan wie het werd ontleend; het eindigt met de laatste dag van het
kwartaal waarin de rechthebbende overlijdt. Het wezenpensioen eindigt bovendien
met de laatste dag van het kwartaal in de loop waarvan de rechthebbende meerder
jarig is geworden.
Artikel 30»
1. Het weduwenpensioen eindigt voorts bij een volgend huwelijk en wel met de
laatste dag van het kwartaal, in de loop waarvan het huwelijk heeft plaatsgehad.
2. Wordt dat huwelijk, anders dan door opvolgend huwelijk met rechtelijk veriot
ontbonden, dan wordt aan de vrouw op haar schriftelijke aanvrage haar oude
pensioen weder toegekend. v,„+„-i
Zou haar ter zake van het latere huwelijk eveneens pensioen toekomen, hetzij
op de voet van deze verordening, hetzij als weduwe van een wethouder of gewezen
wethouder van een andere gemeente of als weduwe van een lid dan wel gewezen lid
van Gedeputeerde Staten van een provincie, dan wel krachtens hoofdstuk I van
de wet van 1 augustus 1956 (Stb.455) of krachtens de wet van 31 juli 195f
(Stb.324), dan komen door de toekenning op haar verzoek van een dezer pensioenen
de overige rechten op pensioen te vervallen.
Artikel 31
Het pensioen bedoeld in de eerste volzin van artikel 30, tweede lid, gaat m met
de dag volgende op die van de ontbinding van het huwelijk, mits aan burgemeester
en wethouders desverlangd het schriftelijk bewijs van die ontbinding wordt
overgelegd.
Artikel 32.
Het bepaalde in de artikelen 12, 13 onder b, en 14 is van overeenkomstige toepas
sing ten aanzien van de in dit hoofdstuk bedoelde pensioenen.
HOOFDSTUK V.
par.1Het verband_tussen_het_pensioen_en_pensioen_krachtens_de_Algemene
Ouderdomswet
Artikel 33.
1Voor de toepassing van deze paragraaf wordt verstaan onder;
a. een algemeen ouderdomspensioen; een pensioen, als bedoeld in de A gemene
Ouderdomswet;
b. een pensioen: een weduwenpensioen toegekend krachtens deze verordening.
2. Indien naast een pensioen recht bestaat op een eigen pensioen krachtens
deze verordening wordt onder een pensioen 00k bedoeld eigen pensioen verstaan.