De heer B.R. Di.jkstra meent te weten dat er wel bussen zijn. Deze blijken evenwel van "Winterhulp Nederland" afkomstig te zijn en roepen steeds bepaalde onplezierige associaties op. De heer Soepboer bedoelt zijn vraag als een gebaar ten opzichte van de vrouwen die geregeld collecteren. Wethouder Zondervan ziet hier echter een taak voor de collecterende instanties. De voorzitter stelt dat de raad wel tôt aanschaffing kan besluiten, maar zich toch dient te realiseren dat hierdoor het gemeentepersoneel extra wordt belast. Wethouder Dj.ikstra zegt dat er geen bezwaar kan bestaan tegen de aanschaffing, maar wel tegen het beheer van de bussen. De heer Soepboer noemt als voordeel de aanwezigheid op een centrale plaats. Op voorstel van Wethouder Di.jkstra besluit de raad burgemeester en wethouders te vragen een voorstel hierover te doen aan de raad. De heer B.R. Di.jkstra brengt de straatverlichting nabij de Sillânsreed te Britsum ter sprake. De voorzitter zegt dat de bewoners is voorgesteld dat, wanneer de gemeente de êénmalige Lcosten betaalt, de jaarlijkse kosten voor rekening van de bewoners worden genomen. De heer Soepboer vindt dit geen royaal gebaar. De heer B.R. Di.jkstra wacht overigens op een nader voorstel van burgemeester en wethouders. voorzitter zegt dat de gemeente door verbetering van de Menno van Coehoornweg de situatie al behoorlijk heeft verbeterd. Tenslotte is de Sillânsreed een particulière weg. Besloten wordt een nader voorstel van burgemeester en wethouders af te wachten. Omstreeks 8.45 uur komt Ir. Hajema ter vergadering. voorzitter zegt dat het de bedoeling is dat Ir. Hajema iets naders zal ver- tellen over de diverse uitbreidingsplannen. In een besloten vergadering zal worden gesproken over de toekomstigp uitbreiding der gemeente. Hij stelt dat het niet gewenst is dit laatste in een openbare vergadering te doen. Hij heet vervolgens de heer Hajema en diens chef de bureau de heer Ooijen welkom. De heer Hajema stelt dat een uitbreidingsplan normaliter voor 10 jaar wordt vastgesteld. Britsum heeft evenwel bewezen dat dit standpunt niet houdbaar is. Het plan voor dit dorp, dat ten dele voorzag in aangepaste bouw in verband met de grondsituatieis vrijwel volgebouwd. Hij noemt Britsum als een van de voorbeelden in de provincie waaruit blijkt dat sommige dorpen in de buurt van een stad aanzienlijke uitbreidingsmogelijk- heden hebben. Het voornaamste probleem is evenwel dat de verzorgingstaak van een dergelijk dorp meegroeit. Oude Leije heeft een minder snelle ontwikkeling te zien gegeven. Dit is een gevolg van de minder gunstige ligging en van de concurrentie van aangrenzende dorpen. Het is geen gevolg van de activiteit van het gemeentebestuur De gedachte van de heer Hajema wordt onderstreept door de heer B.R. Di.jkstra. Deze vraagt of variable in de bouw voor dit dorp mogelijk is. Hij doelt op bejâardèriWoningen. Volgens spreker zouden deze in de richting van het dorp moeten worden gebouwd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1965 | | pagina 205