- 2 -
Artikel 6
Vr i j st e 11" ingen
De belasting is niet verschuldigd voor honden:
a. beneden de leeftijd van drie maanden, voor zover deze honden niet op de open-
bare weg komenj
b< uitsluitend dienende om blinden te geleiden?
d. waarvan de houder in het bezit is van een geldend diploma der Koninklijke
Nederlandse Politiehonden Vereniging, mits de houder zich verbindt zijn hond
met een geleider, aan wiens bevelen hij gehoorzaamt, op aanvraag ter beschik-
king van de politie te stellenj
d. waarvan de houder in het bezit is van een geldend diploma van het hoofdcomitê
van het Nederlandsche Roode Kruis of van de Nederlandsche Verenigingen van
Roode Kruishondenj
e. waarvan de houder geen inwoner der gemeente is en de hond niet langer dan 90
dagen in het belastingjaar in de gemeente verblijft;
f. welke gehouden worden door de gemeente ten behoeve van haar diensten en be-
drijven$
g. boven het getal van twee, toebehorende aan fokkers van honden die daartoe in
het bezit zijn van een geldig kennelregistratiebewijs van de Raad van Beheer
op Kynologisch gebied in Nederland.
Artikel 7
Aangifte
Iedere houder van één of meer honden is verplicht daarvan aangifte te doen.
Jaarlijks in de maand januari wordt aan ieder, die geacht wordt daarvoor in
aanmerking te komen, vanwege burgemeester en wethouders een biljet tôt het doen
van aangifte uitgereikt.
De houder van een hond, die vôôr 1 april van het belastingjaar geen aangifte-
biljet heeft ontvangen, is verplicht vôôr 15 april daaraanvolgende aangifte te
doen door invulling en ondertekening van een aangiftebiljetdat kosteloos ter
gemeentesecretarie verkrijgbaar is.
Ieder, aan wie een aangiftebiljet is uitgereikt of toegezonden, is verplicht de
daarin gestelde vragen duidelijk, stellig en zonder voorbehoud naar waarheid te
beantwoorden, de aangifte met zijn handtekening te bekrachtigen en het biljet
binnen 14 dagen na de datum van uitreiking of toezending ter gemeentesecretatie
te bezorgen of te doen bezorgen.
Artikel 8
Ieder, die na 1 januari van het belastingjaar houder wordt van een hond of van
een groter aantal honden dan waarvan hij voor dat belastingjaar aangifte heeft
gedaan, is verplicht binnen 14 dagen na dit feit, op de wijze als in artikel 7
omschreven aangifte te doen met dien verstande, dat, indien het een hond be-
treft, welke in de loop van het belastingjaar is geboren, de aangifte moet worden
gedaan binnen acht dagen, nadat het dier de leeftijd van drie maanden heeft be-
reikt
Van aile veranderingen, ten gevolge waarvan een opgelegde aanslag niet meer in
overeenstemming is met de werkelijke toestand en deswege moet worden verhoogd,
moet binnen 14 dagen aangifte worden gedaan op de wijze als in dit artikel aange-
geven. Artikel 9
Ambtshalve_aans1ag
Indien de aangifte, bedoeld in de art. 7 en 8, niet in overeenstemming blijkt te
zijn met de werkelijkheid, wordt de belasting in afwijking van de aangifte geheven;
indien verzuimd is aangifte te doen, wordt de belasting zonder aangifte geheven.
Artikel 10
Grootte van het belastingbedrag i»v.m. aanvang belastingplicht
1. Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt is de belasting
verschuldigd:
ten voile, wanneer deze aanvangt vôôr 1 juli en voor de helft, wanneer deze
aanvangt op of na 1 juli.