- 6 - Aangaande de gemeentelijke bouwverordening: Door de instelling van het nieuwe ontwikkelings- en saneringsfonds voor de landbouw krijgen we een bedrijfsontwikke- ling die het gebruik van verecnvoudigde bedrijfsgebouwen in de hand.werkt. Er zijn reeds goedkope montage-stallen in de handel Bij de uitvoering wordt soepelheid van burgemeester en wethouders gevraagd ten aanzien van het vragen van vergunnirg voor de bouw van loodsen en veestallen, b.v. waar montagebouw, béton en dakplaten worden toegepast. Deze bouwwijze is npg niet geregeld in de thans geldende bouwverordening. Wij zullen hieraan moeten gewennen doch ons erbij moeten aanpassen. Wij hebben momenteel nog niet veel ver- trouwen in het beleid van burgemeester en wethouders op dit punt. Tenslotte het Ambtsgebed. Wij geloven als A.R.-fractiedat ook de gemeentelijke overheid haar gezag van God krijgt en dat dit. verricht in afhankelijkheid van en verantwoordelijkheid tôt ïïem die haar dit gezag gaf, ook meebrengt dit te erkennen door middel van het uit- gesprcken ambtsgebed. Wij weten ook, dat verscheidene partijen dit niet met ons onderschrijven en dat dit door de meerderheid van onze raad waarschijnlijk wordt afgewezen. Evenwel voelen wij het als onze plicht dit hier te Mijden en de raad te vragen hiermee akkoord te gaan. Zo niet, dan in elk geval toe te staan dat er gelegen- heid wordt gegeven tôt stil gebed. Wij hopen dat diezelfde God ons allemaal - met al het personeel - in staat zal stellen ook in 1966 onze opgelegde taak goed te volbrengen. Daarna krijgt de heer J. Tolsma gelegenheid algemene beschouwingen te houden namens de fractie van de P. v.d. A. Dat we dit jaar^algemene beschouwingen" houden is, omdat dit deze keer noodzake- lijk is. Hij is m het algemeen niet voor toekomstbespiegelingen te houden. De aanbiedingsbrief bij de begroting is uitvoerig en duidelijk. Hij is met ande- ren van mening dat de "rondvraag" dient 1e worden afgeschaft. Hij wijst op de benauwde financiele positie der gemeente. De grondprijzen worden daarna besproken. Sprekende over de financiele verhouding tussen rijk en gemeente, is hij van oordeel dat deze niet gunstig ligt. Wat betreft de diverse voorzieningen in de gemeente, is hij van oordeel dat het noorden van de gemeente eerst eens moet worden bezien. Het subàidiebeleid in het algemeen dient z.i. onder de loupe te worden genomen. De subsidies bedragen, opgeteld, f 6000,terwijl voor de Bescherming Bevol- king f 2750}wordt uitgegeven. Reis- en verblijfkosten, rijwielvergoedingen en beloning van nevenfuncties dienen z.i. te worden bezien c.q. afgeschaft. Hij is voor verlaging der gemeentelijke uitgaven. Het onderhoud van bermen en plantsoenen laat naar zijn mening te wensen over. Ook vraagt hij of de verhouding tussen de bevoMng en gemeentewerken niet te wensen overlaat Tenslotte brengt hij de Gemeenteli jke bouwverordening ter sprake en is van oordeel, dat deze dient te worden aangepast aan de huidige omstandigheden. De voorzitter, de heren Soepboer en Tolsma tegelijk beantwoordendevindt dat het op zijn plaats was, dat iirijlen de heer Poepjes werd herdacht. Hij is dankbaar voor de nieuwe vorm der begroting met geleidebriefWat de bouwactiviteit betreft is hij het met de sprekers eens. Hij kan niet meegaan met een vermeende tegenstel- ling tussen Stiens en de andere dorpen. Aan belastingverhoging is niet te ont- komen; zonder deze verhoging zal niet op een bijdrage van het Rijk kunnen worden gerekend. Als de heer Soepboer zegtdat de "tering naar de nering moet worden gezet" kan. hij daarnee niet zondér meer instemmen. Voor op de privé huishouding betrekking uebbende uitgaven geldt zulks inderdaad, maar dit spreekwoord kan zeker niet zonder meer op de gemeentelijke huishouding worden toegepast. Wat de culturele sector betreft; ook de inwoners van deze gemeente kunnen bij brood alleen niet leven. Het is niet genoeg, dat zij in knappe woningen leven en op mooie wegen zich voortbewegen. Het verenigingsleven dat er is, moet er ook blijven en het culturele klimaat, dient zeker in deze tijd van toenemende vrije tijd, te worden verbeterd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1965 | | pagina 97