- 8 - "3. Indien de ambtenaar, na het ontslag als bedoeld in de voorgaande leden, aan- spraak verkrijgt op pensioen volgens de bepalingen van de Algemene burgerlijke pensioenwet en eventueel op ouderdomspensioen ingevolge de Algemene Ouderdoms- wet, wordt op de uitkering waarop hij door toepassing van die leden aanspraak verkrijgt het bedrag der pensioenen in mindering gebracht. "4e De ambtenaar aan wie een uitkering als in het eerste of tweede lid bedoeld is toegekend is verplicht zich ten aanzien van zijn lichamelijke of geestelijke geschiktheid om arbeid te verrichten te onderwerpen aan geneeskundig onderzoek en aan toezicht op de wijze, als door burgemeester en wethouders te bepalen en desverlangd overeenkomstig de bepalingen van de Algemene burgerlijke pensioen- wet een onderzoek naar zijn lichamelijke of geestelijke gesteldheid aan te vragen. "5. In de gevallen bedoeld in het eerste en tweede lid vinden de artikelen 45» lid 4, 48, 49 en 50 overeenkomstige toepassinge Artikel XXXII. Artikel 48 wordt gelezen alsvolgt: "Geen aanspraak op doorbetaling van bezoldiging bestaat: "a. indien de ambtenaar de ziekte of het ongeval, ten gevolge waarvan hij verhin- derd is zijn betrekking te vervullen, met opzet heeft veroorzaaktj "b. indien de ambtenaar, blijkens door of namens burgemeester en wethouders inge- wonnen geneeskundig advies, de ziekte of het ongeval heeft gesi-muleerd, al- thans zodanig geaggraveerd, dat verhindering om zijn betrekking te vervullen niet kan worden aangenomeni "c. indien de ziekte of het ongeval het gevolg is van een misdrijf, door de arnblw naar begaan, van misbruik van alcoholische dranken of bedwelmende middelen of indien hij een bekend onzedelijk gedrag leidt, van zijn onzedelijkheid. Artikel XXXIII. Artikel 49 wordt gelezen alsvolgt: "De aanspraak op doorbetaling van bezoldiging onderscheidenlijk uitkering kan "geheel of ten dele worden opgeschort met ingang van de dag en gedurende de période "dat: "a. de ambtenaar weigert zich te onderwerpen aan een onderzoek of keuring, krachtens een der artikelen 39, 40» 43» tweede lid, 44» eerste lid en 47» vierde lid, of na voor zulk een onderzoek te zijn opgeroepen, zonder geldige redenen niet ver- schijnt$ "b, de ambtenaar niet opvolgt voorschriften of opdrachten als bedoeld in het eerste lid van artikel 43» nadat deze onherroepelijk zijn geworden, voorschriften tôt operatief ingrijpen daaronder niet begrepenf "c. de ambtenaar, tijdens de verhindering om zijn betrekking te vervullen, voor zichzelf of voor derden arbeid verricht, tenzij hem zulks blijkens een genees- kundige verklaring is toegestaan^ "d. de ambtenaar zich schuldig maakt aan gedragingen, waardoor zijn genezing wordt belemmerdc. Artikel XXXIV. Artikel 50 wordt gelezen alsvolgt: "In bijzondere omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders op voorstel van "het hoofd van dienst belasten, dat in afwijking van het bepaalde in de artikelen "48 en 49 de uitbetaling van bezoldiging volgens de bepalingen van dit hoofdstuk "geheel of gedeeltelijk aan anderen dan aan de ambtenaar zal geschieden."

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1966 | | pagina 49