De heer Nijdam heeft bezwaar tegen het door de voorzitter gebruikte woord '■'operette" ,maar de voorzitter repliceert dat de heer Nijdam zich eerst een voorstander heeft getoond van de motie Tolsma. De heer Nijdam heeft in dit geval de schijn tegen zich. Hierna besluit de raad met algemene stemmen (hoofdelijk)a. tôt vaststelling van het voorstel van burgemeester en wethouders zoals dit aan de leden van de raad in concept is toegezondenj b. de door de heer Tolsma ingediende motie ter kennis van de Minister van Binnen- landse Zaken te brengen en mede te delen aan de Vereniging van Nederlandse Ge- meenten (besluit 67/Ç). Voorstel tôt het on—inbaar verklaren van een aantal vorderingen. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad de onderstaande vorderingen on—inbaar te verklaren wegens vertrek naar het buitenland van de schuldenaar J. Iedema, voorheen wonende te Jelsum, thans wonende te Duitsland; Reinigingsrechten 1964 f. 7, Hondenbelasting 1964 f. 12, Voorstel tôt benoeming van de arts S. Haveman tôt gemeentelijk lijkschouwer (voorstel 67/12). Zonder discussie wordt tôt schriftelijke stemming overgegaan. Hierbij worden op de heer S. Haveman 11 stemmen uitgebracht (besluit 67/9). Voorstel tôt benoeming van een drietal leden van de culturele raad (voorstel 67/13). Zonder discussie wordt tôt schriftelijke stemming overgegaan. Hieruit blijkt dat op dhrIJ. He.eg 1 i op dhr P. Tjallemal op mevrouw J. Hazenberg-Faber 8, op mevrouw A.S. Hopster-Gooyert 3 en op mevrouw D. Groenewoud-Allema 10 stemmen zijn uitgebracht, zodat de heer Heeg en de dames Hazenberg en Groenewoud zijn benoemd (besluit 67/10). Voorstel tôt wijziging van de gemeentebegroting. In verband met de op volgnr. 372 van de begroting geraamde verhoging merkt mevrouw -lté op het nog steeds onbillijk te vinden dat de heer Offringa geen verhuis- kostenvergoeding is toegekend. De voorzitter zegt dat dit de consequentie is van de betreffende verordening. Mevrouw Etoit s is van oordeel dat de regeling onjuist is, vooral het procentuele karakter dat daarin tôt uitdrukking komt. pe heer Tolsma vindt de regeling 00k niet gelukkig. Spreker ziet geen oplossing tenzij het begrip 'ambtswoning" wordt geschrapt. De heer Tolsma zegt verder dat de onderwerpelijke regeling is ontstaan in een période waarin er sprake was van personeelskrapte. De regeling sorteert volgens spreker thans geen effect meer. De voorzitter zegt dat de secundaire arbeidsvoorwaarden een onderdeel uitmaken van de loonpolitiek. Een verplaatsingskostenverordening is thans niet meer weg te Ovengens is de mogelijkheid tôt het toekennenvan een vergoeding bij het verla- ten van een ambtswoning nog niet lang geleden vastgesteld. CIGnivSll e

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1967 | | pagina 13