- 2 -
"6. In "bepaalde gevallen, zulks naar het oordeel van burgemeester en wethouders,
kan voor het bezit van andere diploma's of akten waarvan het bezit in het
belang is van het dienstonderdeelwaarbij de ambtenaar werkzaam is, een
toelage worden toegekend, evenwel met dien verstande, dat de waardering voor
deze diploma's of akten zich beperkt tôt de bedragen, welke zijn verbonden
aan de akten of diploma's genoemd in het eerste lid van dit artikel".
Artikel IV.
Artikel 18lid 2, van de Bezoldigingsverordening 1965 wordt gelezen als volgt:
"2. Het grensbedrag, bedoeld in het vorigelid, bedraagt bij een leeftijd van de
ambtenaar vans
20 jaar f 309,per jaar
19 jaar f 300,per jaar
18 jaar f 291,per jaar
17 jaar of
jonger f 282,per jaar
Artikel V.
Het in artikel 24, lid 2, van de Bezoldigingsverordening 1965 genoemde maximum-
bedrag wordt verhoogd tôt f 83,15 per maand.
Artikel VI.
Deze verordening treedt in werking ops
a. 1 juli 1967 voor zover zij betrekking heeft op ambtenaren, wier bezoldiging
per maand wordt uitbetaaldj
b. met ingang van de eerste dag van de loonweek, waarin 1 juli 1967 valt, voor
zover zij betrekking heeft op ambtenaren, wier bezoldiging of loon per week
wordt uitbetaald.
Aldus vastgesteld door de raad voornoemd in zijn
openbare vergadering van 21 juni 1967 V'
Dd sqcretaris, De voorzktter,
In viervoud aan gedeputeerde staten gezonden op 23 jun.1967