Agendapunt 15" Voorstel nr. 67/ i 7 Onderwerp: Inwerkingtreding Drank- en Horecawet. Aan de gemeenteraad. Per 1 november 1967 treedt in werking de Drank- en Horecawet. Deze wet, die nie^t alleen de huidige Drankwet vervangt, maar 00k het Vestigings- besluit kleinhandel in sterke drank en het Vestigingsbesluit horecabedrijven 1958, beoogt, blijkens de considerani^regelen te stellen voor het verstrekken van alco- holhoudende drank, zowel uit sociaal-hygiënisch, als uit sociaal-economisch 00g- punt. De wet onderscheidt drie Boorten van verkoop van deze drank, ni. a. door middel van een horecabedrijf; b. door middel van het slijtersbedrijfc. anders dan bedrijfsmatig, bijv. in cantines en sociëteiten. Voor deze verkoop is een vergunning van burgemeester en wethouders nodig. Deze vergunning komt in de plaats van de oude vergunning of het oude verlof A en voor de oude vestigingsvergunning. Voor het verkrijgen van een vergunning moeten de bedrijfsleiders en beheerders aan bepaalde zedelijkheids-eisen voldoen. Voor de betreffende inrichtingen zijn bij algemene maatregel van bestuur eisen gesteld, terwijl bij gemeentelijke ver- ordening verdergaandezowel als andere eisen kunnen worden gesteld. De ondernemer moet credietwaardig zijn, terwijl de bedrijfsleider c.q. beheerder moet voldoen aan eisen van handelskennis en vakbekwaamheid. Deze vestigingseisen gelden alleen m.b.t. een horeca-bedrijf en een slijters- bedrijf. Uiteraard gelden voor bestaande bedrijven in dit opzicht overgangsbe- palingen. De bevoegdheid van de gemeentelijke wetgever kan zich verder nog uitstrekken over de volgende punten; 1De verstrekking van alcoholhoudende drank op de openbare weg. Noxmialiter geldt de horeca-vergunning 00k voor de aanhorigheden van de inrichting en de in de onmiddellijke nabijheid daarvan gelegen gedeelten van de openbare weg, uiteraard voor zover de gemeeni-teraad dit gebruik heeft toegestaan. 2. Verstrekking van alcoholhoudende drank aan jeugdige personen. De wet verbiedt dit m.b.t. alcoholhoudende drank aan kinderen beneden 16 jaar en m.b.t. sterke drank aan kinderen beneden 18 jaar. Bij gemeentelijke ver- ordening kan deze leeftijd worden verhoogd en wel maximaal tôt en met 21 jaar. Ditzelfde geldt voor de toelating van jeugdigen tenzij onder geleide van ie- mand boven 21 jaar. 3» Drooglegging van de gemeente of een deel van de gemeente. Dit kan ten opzichte van aile inrichtingen als ten aanzien van bepaalde inrichtingen. 4. Tewerkstelling vrouwelijke personen in horecabedrijven, in cantines, etc. Bepaald kan worden dat hiervoor toestemming van de burgemeester nodig as. 5» Tewerkstelling van jeugdige personen in horecabedrijven. De wet verbiedt dit voor personen beneden 16 jaar, maar 00k deze leeftijd kan worden verhoogd tôt maximaal 21 jaar. 6. Dansvergunning. Voor het geven van gelegenheid tôt dansen in een horecabedrijf is vergunning van de burgemeester nodig. Aan deze toestemming kan de burgemeester voorwaarden verbinden. De raad is bevoegd bij verordening voorwaarden vast te stellen die in elk geval aan de toestemming dienen te worden verbonden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1967 | | pagina 25