- 4 - Dezen zullen echter op Leeuwarden georiënteerd blijven zodat het dorpsleven weinig voordeel zal ondervindeno 2e.Hoe zal in de toekomst de aansluiting met andere kernen moeten worden ge- zocht? De aansluiting zal alleen mogelijk zijn door om het hetreffende plan heen te bouwen, waarvoor een plan nodig zal zijn dat omstreeks vijf maal zo groot is. 3e. Een andere oplossing, wat betreft de aansluiting met Jelsum,zou kunnen worden gezocht via de plaats waar de boerderij van Paï staat. De laatste staat echter op de monumentenlijst zodat deze mogelijkheid is uitgesloten. De voorzitter stelt vervolgens het schetsplan ter discussie. Mevrouw Bi.jl-sma vraagt wanneer het plan is te realiseren. De voorzitter antwoordt dat gezien het feit dat tegen het plan zeker plaho- logisch bezwaren zijn te vehwachten, het vooroverleg vrij langdurig zal zijn. Mevrouw Bi.i 1 srna vraagt verder wanneer kan worden begonnen met het bouwrijp maken van het geldende plan. De voorzitter zegt dat allereerst de vraag moet worden beantwoord of dat plan bruikbaar is. Wanneer het laatste het geval is, aldus de voorzitter, dan heeft het geen zin over het schetsplan te spreken. Mevrouw Bi.ilsma concludeert dat er dus de eerste jaren nietszal gebeuren. De heer Kuipers zegt te hebben gehoord dat de voorzitter optimistisch is over de opheffing van de vliegbasis. De voorzitter ontkent dit en stelt dat het niet uitgesloten is dat de vliegtui— gen in de naaste toekomst verticaal zullen stijgen. Verder zegt de voorzitter dat het schetsplan als onderwerp van gesprek is be- doeld en dat niet terstond een beslissing behoeft te worden genomen. De heer Span zegt de schets een planologisch onding te vinden en zegt dat de bewoners van Jelsum een geheel ander idee in hun hoofd hebben. De heer Kuipers suggereert met de inwoners van Jelsum van gedachten te wisselen over het plan. De voorzitter juicht deze suggestie toe en merkt op dat de raad met deze in woners een bijeenkomst in het dorpshuis te Cornjum zou kunnen beleggen. De heer Tolsma zegt dat het duidelijk is dat de raad iets wil doen voor de bewoners van Jelsum maar dat het huidige plan niet bruikbaar is. Spreker ver— wacht geen verandering met betrekking tôt de vliegbasis, maar merkt ook op dat in het dorp Marssum, dat niet gunstiger ligt, wel gebouwd wordt. De heer Tolsma zegt dat de praktijk ook in de andere dorpen heeft geleerd dat over het algemeen van de bewoners der bestemmingsplannen, die van elders afkomstig zijn, geen belangrijke bijdrage in het dorpsleven kan worden ver— wacht De voorzitter zegt dat hij het laatste niet als motief tegen de vaststelling van bestemmingsplannen wil gebruiken. Voor het onderhavige plan geldt, aldus spreker, dat dit te los is van het dorp en te dicht is bij de stad De heer Ni.idam en Kuipers suggereren de uitbreiding te zoeken aan de Oud- landsweg en de heer B. Di.jkstra vraagt of uitbreiding in de richting Cornjum te overwegen is. De voorzitter zegt dat de Oudlandsweg, evenals het vigerende plan, onder de startbaan ligt, terwijl tegen bouwen in de richting Cornjum dezelfde bezwaren gelden als die welke er waren tegen het handhaven van de school te Jelsum. De heer Span vraagt of het zin heeft met het Ministerie van Defensie kontakt op te nemen over deze zaak, maar de voorzitter verwacht hiervan geen résultant.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1967 | | pagina 7